Weerbaar & effectief les 2

• Communicatie
• HBO
• Studiejaar 2

Les 2: je eigen ruimten en grenzen

Intentie: in deze les gaan we in op persoonlijke grenzen. Het is dus een persoonlijke les, met af en toe een oefening die wat bijzonder voelt maar het doel heeft meer inzicht te krijgen in waar jouw grenzen liggen. We maken er samen een zinnige les van.

Gewenste uitkomsten

- Je kunt voor jezelf beschrijven wat voor jou belangrijk is in je eigen ruimte.

- Je kunt beschrijven waar je grens ligt (wat kan iemand wel en wat kan iemand vooral niet bij jou doen)

- Je hebt ermee geoefend en daarmee de basis gelegd voor een professionele omgang met grensoverschrijdend gedrag.

Het programma

- Welkom & introductie & check-in 

Deel 1. Jouw eigen ruimte (gesprek en oefeningen)

Deel 2. Hoe stel je krachtige grenzen (oefeningen en een gesprek)

- afsluiting

Reflectie

- Wat is het?

- Waarom is het van belang?

- Wanneer is het van belang?

- Hoe bepaal je je eigen ruimte?

- Bij wie is het belangrijk?

Theorie

Jouw grenzen

Fysiek

Mentaal

Emotioneel
 

Oefening 1 - De muur

De muur

Oefening 2 - het gesprek

- In tweetallen/drietallen. 

- Verhalen verteller deelt een verhaal dat je over je grens bent gegaan. 

- Interviewer helpt het verhaal te vertellen

- Notulist noteert/luistert naar 'redenen om over je grens te gaan (de ander, de situatie)'.

- Terugkoppeling in groep. Wat viel jullie op.

Even een break

Oefening 3 - 'Nee zeggen'

Oefening 4 - het gesprek

- In tweetallen/drietallen. 

- Verhalen verteller vertelt een verhaal waarbij je merkte dat je helder je grens kon aangeven.  

- Interviewer – luistert naar het verhaal

Schrijver – luister specifiek, wat maakte dat lukte. 

- Kom met elkaar to 2 adviezen over je grenzen bewaken.

Drie stappen

Stap 1. Waarderen. Je begint met het waarderen van iemand, dat kan zowel positief als negatief. In een negatieve situatie klinkt dat zo: 

Vb. “Ik vind het niet oké dat steeds je afspraak niet nakomt in ons projectteam”.

Stap 2. Normeren. Daarop volgt een norm die je stelt, dat is de verwachting of eis die je hebt. Dat klinkt zo: 

Vb. “Ik verwacht van jou dat je zelf je werk doet of mij op tijd laat weten als het niet lukt".

Stap 3. Faciliteren. Is de ander bereid om aan jouw norm te voldoen, maar lukt dat om x reden niet? Dan kan je gaan faciliteren. Je biedt dan een helpende hand om hem/haar toch aan jouw norm te kunnen voldoen.

Vb “Ik ben bereid om je te helpen met het plannen van je taken, maar dan verwacht ik wel..."

Grenzen stellen in 2 tips en 3 stappen

Tip 1: ken je belemmerende overtuigingen (een niet constructieve , vastgeroeste gedachte)

Tip 2: gebruik een stellende invloedstijl 

Oefening 5 - jouw 'nee'-zin

- In tweetallen

- Maak gebruik van het verhaal uit oefening 1 (over je grenzen)

- Welke zin zou je in die situatie het beste kunnen gebruiken

- Help elkaar (Waarderen/Normeren/Faciliteren)