Pythagoras om de lichaamsdiagonaal van een balk te berekenen

Pythagoras om de lichaamsdiagonaal van een balk te berekenen
1 / 12
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Pythagoras om de lichaamsdiagonaal van een balk te berekenen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je de lichaamsdiagonaal van een balk berekenen met behulp van de stelling van Pythagoras.

Slide 2 - Slide

Introduceer de leerdoelen van de les en bespreek kort wat er van de studenten wordt verwacht.
Wat weet je al over Pythagoras en balken?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is een lichaamsdiagonaal?
Een lichaamsdiagonaal is een lijn die door het midden van een balk loopt en twee tegenoverliggende hoekpunten met elkaar verbindt.

Slide 4 - Slide

Leg uit wat een lichaamsdiagonaal is en laat een afbeelding zien.
Hoe bereken je de lichaamsdiagonaal?
Om de lichaamsdiagonaal van een balk te berekenen, gebruik je de stelling van Pythagoras.

Slide 5 - Slide

Leg uit hoe je de lichaamsdiagonaal kunt berekenen en laat de formule zien.
Stap 1: Meet de lengte, breedte en hoogte
Meet de lengte, breedte en hoogte van de balk en noteer deze waarden.

Slide 6 - Slide

Geef instructies over hoe de studenten de afmetingen van de balk kunnen meten en laat ze de waarden noteren.
Stap 2: Bepaal de lengte van de lichaamsdiagonaal
Gebruik de formule van Pythagoras om de lengte van de lichaamsdiagonaal te berekenen.

Slide 7 - Slide

Laat zien hoe de studenten de formule kunnen toepassen om de lengte van de lichaamsdiagonaal te berekenen.
Stap 3: Rond af
Rond het antwoord af naar de gewenste nauwkeurigheid.

Slide 8 - Slide

Geef instructies over hoe de studenten het antwoord kunnen afronden naar de gewenste nauwkeurigheid.
Voorbeeld
Een balk heeft een lengte van 5 cm, een breedte van 3 cm en een hoogte van 4 cm. Wat is de lengte van de lichaamsdiagonaal?

Slide 9 - Slide

Geef een voorbeeld en laat zien hoe de studenten de formule kunnen toepassen om het antwoord te vinden.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 10 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 12 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.