Samenvatting H3 - Oppervlakte en inhoud

HOOFDSTUK 3

Oppervlakte (en inhoud)
1 / 43
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

HOOFDSTUK 3

Oppervlakte (en inhoud)

Slide 1 - Slide

Leerdoelen hoofdstuk 3:
  • Je leert wat een parallellogram is.
  • Je leert de oppervlakte van een parallellogram berekenen.
  • Je leert wat een hoogtelijn is.
  • Je leert de oppervlakte van een driehoek te berekenen.
  • Je leert de oppervlakte van verschillende figuren berekenen met inlijsten.
  • Je leert de oppervlakte van een ruit, een vlieger en een trapezium te berekenen.
  • Je leert werken met verschillende oppervlaktematen.
  • Je weet wat de doorsnede van een ruimtefiguur is.
  • Je kan de oppervlakte van een doorsnede berekenen.
  • Je leert inhoudsmaten omrekenen.
  • Je leert de inhoud bijzondere ruimtefiguren te berekenen. 

Slide 2 - Slide

Leerdoelen 3.1
  • Je leert wat een parallellogram is.
  • Je leert wat de eigenschappen van een parallellogram zijn.
  • Je leert de hoogte van een parallellogram aan te geven.
  • Je leert de oppervlakte van een parallellogram berekenen.

Slide 3 - Slide

Parallellogram:
Overstaande zijden zijn evenwijdig.
(streepjes in het voorbeeld)


Overstaande hoeken zijn gelijk.

Slide 4 - Slide

Parallellogram
De hoogte van een parallellogram staat altijd loodrecht op de basis!!!

Slide 5 - Slide

Parallellogram
cm^3
De hoogte van een parallellogram staat altijd loodrecht op de basis!!!

Oppervlakte parallellogram = basis × hoogte
B = 5
H = 3
Oppervlakte = 5 × 3 = 15
cm2
B = 27
H = 20
Oppervlakte = 27 × 20 = 540
cm2

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Leerdoelen 3.2
  • Je leert wat een hoogtelijn is.
  • Je leert de oppervlakte van een driehoek te berekenen.

Slide 8 - Slide

Parallellogram
Driehoek
De hoogte van een figuur staat altijd loodrecht op de basis!!!

Slide 9 - Slide

Hoogtelijn
De hoogte van een driehoek heet de hoogtelijn. 

Hoogelijn
= Een lijn vanuit een hoek van een driehoek loodrecht op de                                  overstaande zijde. 

Alle driehoeken hebben 3 hoogtelijnen vanuit iedere hoek.


Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Oppervlakte driehoek
Oppervlakte driehoek = basis × hoogte ÷ 2
De hoogte staat altijd loodrecht op de basis!!!




B = 15
H = 8
Oppervlakte = 15 × 8 : 2 = 60 
cm2
B = 15 + 10 = 25 
H = 35
Oppervlakte = 25 × 35 : 2 = 437,5 
cm2

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Leerdoelen 3.3
  • Je leert de oppervlakte van verschillende figuren berekenen met inlijsten.

Slide 14 - Slide

Inlijsten
  1. Teken om het figuur een rechthoek waar het figuur precies in past.
  2. Bereken de oppervlakte van het rechthoek.
  3. Geef de losse gebieden een nummer en bereken de oppervlakte van deze gebieden.
  4. Bereken de oppervlakte van het figuur door de genummerde gebieden van de totale oppervlakte af te halen.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Leerdoelen 3.4
  • Je leert wat een ruit, een vlieger en een trapezium zijn.
  • Je leert de oppervlakte van deze figuren te berekenen.

Slide 17 - Slide

Bijzondere vierhoeken

Slide 18 - Slide

Oppervlakte berekenen 
Je berekent de oppervlakte van een ruit en een vlieger door de figuren in twee gelijke driehoeken te verdelen.
Bereken de oppervlakte van dit spekkie:
Deel de ruit in twee gelijke driehoeken.
B = 4
H = 2 : 2 = 1
Oppervlakte driehoek = 4 × 1 : 2 = 2   
Oppervlakte ruit = 2 × 2 = 4 
cm2

Slide 19 - Slide

Oppervlakte van een trapezium
De oppervlakte van een trapezium kan je op twee manieren berekenen: splitsen en inlijsten.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Leerdoelen 3.5
  • Je leert werken met verschillende oppervlakte maten omrekenen.

Slide 22 - Slide

Lengtematen
Oppervlaktematen
Inhoudsmaten

Slide 23 - Slide

Oppervlakte maten

Slide 24 - Slide

Leerdoelen 3.6
  • Je weet wat de doorsnede van een ruimtefiguur is.
  • Je kan de doorsnede van een ruimtefiguur schetsen.
  • Je kan de oppervlakte van de doorsnede te berekenen.

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Doorsnede ruimtefiguren

Slide 27 - Slide

Doorsnede schetsen

De doorsnede van een figuur is altijd in 2D

Slide 28 - Slide

Leerdoelen 3.7
  • Je leert inhoudsmaten omrekenen.
  • Je leert de inhoud bijzondere ruimtefiguren te berekenen. 

Slide 29 - Slide

Inhoud bereken kubus/balk
Inhoud balk = opp. grondvlak × hoogte

Opp. grondvlak = lengte × breedte


Inhoud balk = lengte × breedte × hoogte

Let op! Alle lengtematen moeten hetzelfde zijn.

Slide 30 - Slide

Inhoudsmaten omrekenen

Slide 31 - Slide

Leerdoelen 3.8
  • Je leert een prisma herkennen.
  • Je leert aan te geven wat de bodem/grondvlak is.
  • Je leert aan te geven wat de hoogte is. 

Slide 32 - Slide

Wat is een prisma?
Een prisma is een figuur die je in gelijke plakken kan snijden.
1.
2.
3.

Slide 33 - Slide

Wat is een prisma?
3.
1.
2.

Slide 34 - Slide

Bodem/grondvlak prisma
De bodem of het grondvlak van een prisma is de vorm van de doorsnede.
Driehoek
Trapezium

Slide 35 - Slide

Hoogte van een prisma
De hoogte van een prisma is de hoogte van het figuur wanneer het de bodem op de grond staat.
Driehoek
Trapezium

Slide 36 - Slide

Leerdoelen 3.9
  • Je leert inhoudsmaten omrekenen.
  • Je leert de inhoud bijzondere ruimtefiguren te berekenen. 

Slide 37 - Slide

Inhoud prisma:
Oppervlakte prisma = opp. grondvlak × hoogte

Het grondvlak kan verschillende vormen hebben.

Slide 38 - Slide

Bereken de inhoud van figuur 1 in
Oppervlakte prisma = opp. grondvlak × hoogte

cm3
Opp. grondvlak = 7 
Hoogte = 4 cm
Oppervlakte prisma = 7 × 4 = 28 
cm2
cm2

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Video


Ben je voldoende voorbereid voor de toets? 
😒🙁😐🙂😃

Slide 41 - Poll


Welk cijfer ga je halen?
010

Slide 42 - Poll

Veel succes!
Je kan het!

Slide 43 - Slide