9.1 - Je lijf werkt

- Je lichaam werkt -
In hfs 9 leer je:


  • Hoe organen in je lichaam (samen) werken
  • Hoe je voedsel verteerd wordt
  • Hoe je ademhaalt
  • Hoe het bloed door je lichaam stroomt
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

- Je lichaam werkt -
In hfs 9 leer je:


  • Hoe organen in je lichaam (samen) werken
  • Hoe je voedsel verteerd wordt
  • Hoe je ademhaalt
  • Hoe het bloed door je lichaam stroomt

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Hoe werkt je lichaam?
Als je hardloopt ga je hijgen. 
Je haalt sneller adem en je hart gaat tekeer.
Dan pas merk je goed dat er binnen in je lichaam organen aan het werk zijn.

Slide 3 - Slide

bouwstenen

Slide 4 - Slide

van cel tot organisme
Je kunt benoemen hoe een organisme is opgebouwd.

Slide 5 - Slide

Torso
Je kunt van de volgende begrippen uitleggen wat het is:                                   
romp
middenrif
borstholte
buikholte
orgaanstelsel
orgaan
cellen

Slide 6 - Slide

Je kunt van bovenstaande orgaanstelsels benoemen uit welke organen het bestaat en wat de taak van het stelsel is.

Slide 7 - Slide

Lees in je TB p.53-54
Maak in je WB opdr. 3 t/m 7
timer
10:00

Slide 8 - Slide

9.1   Je lijf werkt
timer
5:00

Slide 9 - Slide

Leerdoelen 9.1
  1. Je kunt benoemen hoe een organisme is opgebouwd.
  2. Je kunt van de volgende begrippen uitleggen wat het is:
    romp, middenrif, borstholte, buikholte, orgaanstelsel, orgaan, cel
  3. Je kunt van 5 orgaanstelsels noemen welke organen er bij horen en wat de taak van dat stelsel is.
  4. Je kunt met een voorbeeld uitleggen hoe meerdere orgaanstelsels met elkaar moeten samenwerken.
  5. Je kunt uitleggen hoe je spieren aan energie komen en hoe je lichaam de afvalstoffen van verbranding in de spieren weer kwijt raakt.

Slide 10 - Slide

Tot nu toe heb je geleerd:
  1. Hoe een organisme is opgebouwd.
  2. Wat een romp, middenrif, borstholte en buikholte zijn
  3. Uit welke organen het spierstelsel, ademhalingsstelsel, zenuwstelsel, verteringsstelsel en bloedvatenstelsel bestaan.
  4. En wat de taak van deze orgaanstelsels is.
En nu gaan we verder:

Slide 11 - Slide


Je kunt met een voorbeeld 
uitleggen hoe meerdere
orgaanstelsels met elkaar
moeten samenwerken.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Je kunt uitleggen hoe je spieren aan      energie komen.      


energierijke stof
glucose
verbranding
afvalstoffen
glucose + zuurstof --> energie + koolstofdioxide + water

Slide 14 - Slide

Je kunt uitleggen hoe je lichaam de afvalstoffen van de verbranding weer                kwijtraakt.               

Slide 15 - Slide

Lees in je TB p.55 t/m 56
Maak in je WB opdr. 8 t/m 17
timer
10:00
Klaar? Maak op blz. 99 opdr.1t/m4

Slide 16 - Slide

Kennen we de leerdoelen 9.1?
  1. Je kunt benoemen hoe een organisme is opgebouwd.
  2. Je kunt van de volgende begrippen uitleggen wat het is:
    romp, middenrif, borstholte, buikholte, orgaanstelsel, orgaan, cel
  3. Je kunt van 5 orgaanstelsels noemen welke organen er bij horen en wat de taak van dat stelsel is.
  4. Je kunt met een voorbeeld uitleggen hoe meerdere orgaanstelsels met elkaar moeten samenwerken.
  5. Je kunt uitleggen hoe je spieren aan energie komen en hoe je lichaam de afvalstoffen van verbranding in de spieren weer kwijt raakt.

Slide 17 - Slide

Hoe heet de kleinste bouwsteen van een organisme?
A
orgaanstelsel
B
orgaan
C
weefsel
D
cel

Slide 18 - Quiz

Hoe noem je een groep organen dat met elkaar samenwerkt?
A
organisme
B
orgaanstelsel
C
weefsel
D
cel

Slide 19 - Quiz