Les 41. Spelling p.7 Verkleinwoord

O2M2 Welkom!
Ga direct op je plaats zitten in stilte
Op je eigen plek!
Laptops DICHT op je tafel.

1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

O2M2 Welkom!
Ga direct op je plaats zitten in stilte
Op je eigen plek!
Laptops DICHT op je tafel.

Slide 1 - Slide

Doel van vandaag
Je leert verkleinwoorden spellen.

Slide 2 - Slide

Toets
S.O. aanstaande week vrijdag.
Formuleren (p.2 en p.3)
Spelling (p.5 en p.6 en p.7)
Woordenschat (Internationaal).

Slide 3 - Slide

Spelling leerjaar 1
Hoofdletters
Eindletter -d -t
Meervoud
Verkleinwoorden

Slide 4 - Slide

Spelling leerjaar 2
Hoofdletters
Leestekens
Dubbele punt en aanhalingstekens
Bijvoeglijk naamwoord
Meervouden op -s en -n
Verkleinwoorden

Slide 5 - Slide

Verkleinwoorden
Wat zijn dat?

Slide 6 - Slide

-je of -tje
Je kunt een zelfstandig naamwoord verkleinen. 
Een verkleinwoord maak je meestal door het achtervoegsel -je of -tje aan een zelfstandig naamwoord te plakken: paard – paardje; laken – lakentje.

Slide 7 - Slide

Let op
Let goed op:
Bij woorden die eindigen op de klinkers a, é, o en u wordt de klinker verdubbeld
pizza – pizzaatje; café - cafeetje; auto – autootje; paraplu – parapluutje.

Bij woorden op medeklinker + y komt een apostrof: baby – baby’tje.

Slide 8 - Slide

Video
Kijk mee.

Slide 9 - Slide

Aan het werk!
Cursus 7 - Spelling - Paragraaf 7 - Verkleinwoorden

opdrachten  2 3 4 5   8  


timer
1:00

Slide 10 - Slide

Wat hebben we geleerd?

Slide 11 - Slide

Tot morgen!

Slide 12 - Slide