Les 2 5.3

Les 2 5.3
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Les 2 5.3

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Je leert weer:
- tekstdoelen herkennen: overtuigen en activeren;
- tekstsoorten en tekstvormen herkennen;
- een betogende tekst herkennen;
- het redengevend en concluderend tekstverband herkennen.

Slide 2 - Slide

Lesprogramma
- Welkom (5 min)
- Terugblik en huiswerk (20 min)
- Zelfstandig werken: huiswerk (20 min)
- Film: oorlogswinter (15 min)

Slide 3 - Slide

Tekstdoelen

Een leesboek heeft als tekstdoel:
A
Informeren
B
Amuseren
C
overhalen

Slide 4 - Quiz

Tekstdoelen

Een reclametekst heeft als tekstdoel:
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Activeren

Slide 5 - Quiz

Tekstdoelen

Een verkiezingstekst heeft als tekstdoel:
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Activeren

Slide 6 - Quiz

Wat is het tekstdoel?
Wat is het tekstdoel?
A
Informeren
B
Amuseren
C
Overtuigen
D
Instrueren

Slide 7 - Quiz

Tekstdoelen

Een nieuwsbericht heeft als tekstdoel:
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren

Slide 8 - Quiz

Tekstdoelen

Een menukaart heeft als tekstdoel:
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Activeren

Slide 9 - Quiz


Wat is het tekstdoel? Het tekstdoel van een betoog is ...
A
Informeren
B
Amuseren
C
Overtuigen
D
Activeren

Slide 10 - Quiz

Lesprogramma
- Welkom (5 min)
- Terugblik en huiswerk (10 min)
- Uitleg (10 min)
- Zelfstandig werken (30 min)

Slide 11 - Slide

Welk soort tekstverband zie je hier:
Ik ging douchen, nadat ik had gesport
A
Concluderend
B
Opsomming
C
Tijd

Slide 12 - Quiz

3. Welk tekstverband wordt aangegeven door de signaalwoorden 'dan ook' en 'hieruit volgt'?
A
opsommend tekstverband
B
uitleggend tekstverband
C
redengevend tekstverband
D
concluderend tekstverband

Slide 13 - Quiz

Omdat het glad is, ga ik lopend naar school. Tekstverband?
A
Concluderend tekstverband
B
opsommend tekstverband
C
uitleggend tekstverband
D
Redengevend tekstverband

Slide 14 - Quiz


Het boek was spannend. Het is dus zeker de moeite waard om te lezen. Tekstverband?
A
Concluderend tekstverband
B
uitleggend tekstverband
C
tekstverband van tijdsvolgorde
D
Redengevend tekstverband

Slide 15 - Quiz

welke signaalwoorden horen bij uitleggende tekstverband
A
maar, toch
B
dan ook, dus
C
want, omdat
D
dat wil zeggen, zoals

Slide 16 - Quiz

4. Met andere woorden is
een voorbeeld van een uitleggend
tekstverband
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quiz

Welk tekstverband gebruik je om dingen achterelkaar op te noemen?
A
concluderend tekstverband
B
uitleggend tekstverband
C
opsommend tekstverband
D
tijdsvolgorde

Slide 18 - Quiz

Signaalwoord uitleggend tekstverband
A
ten eerste
B
ook
C
maar
D
bijvoorbeeld

Slide 19 - Quiz

Bij welk tekstverband hoort het signaalwoord "tenslotte"?
Meerder antwoorden mogelijk
A
Tijdsvolgorde tekstverband
B
Opsommend tekstverband
C
Middel/doel tekstverband
D
Uitleggend tekstverband

Slide 20 - Quiz

Signaalwoord ’toch’ verwijst naar het tekstverband:
A
opsommend tekstverband
B
tegenstellend tekstverband
C
concluderend tekstverband
D
uitleggend tekstverband

Slide 21 - Quiz

Huiswerk bespreken
H5.3 Lezen: opdracht 2, 4, 5 en 6

Slide 22 - Slide

Zelfstandig werken
Maak van 5.3 Lezen: opdracht 7, 8, 9, 10, 11 en 13
timer
5:00

Slide 23 - Slide