Week 2

Nederlands
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Nederlands

Slide 1 - Slide

Start les
Zit je op je eigen plek?
Heb je je spullen klaar gelegd?
Je bent stil bij start les.

timer
1:30

Slide 2 - Slide

Pak je leesboek erbij!
Je gaat 10 minuten lezen.

 
timer
10:00

Slide 3 - Slide

Planning

Voorlezen boek
Uitleg wat een hoofdgedachte is en hoe je die kan vinden.
Doel deze week

Je weet wat precies lezen is.

Je leert wat een hoofdgedachte is en hoe je die kan vinden.

Je weet het verschil tussen het onderwerp en de hoofdgedachte te benoemen.

Slide 4 - Slide


Onderwerp en hoofdgedachte

Slide 5 - Slide

Onderwerp en hoofdgedachte
Een tekst heeft natuurlijk altijd een ONDERWERP.
Daarnaast heeft elke tekst een HOOFDGEDACHTE.

Deze moet je zelf kunnen bepalen!

Slide 6 - Slide

Hoe vind ik het O en het HG?
1. Lees de titel, de inleiding en het slot
2. Stel jezelf de vraag: Waar gaat de tekst over? Dat is het onderwerp.

Hoofdgedachte
3. Bedenk wat de tekst je vertelt over dit onderwerp:
- Informatieve tekst: Wat is de belangrijkste info over het onderwerp?
- Overtuigende tekst: Wat vindt de schrijver van het onderwerp?
4. Schrijf nu de hoofdgedachte in één zin.

Slide 7 - Slide

Is de hoofdgedachte hetzelfde als het onderwerp?

Slide 8 - Open question

Precies lezen
   

Slide 9 - Slide

Opdrachten
Maak opdracht 1, 2, 3 en 4
Niet af? Dan is dat je huiswerk

Slide 10 - Slide

Doelen deze les
Volgende les



Afsluiting

Zijn er nog vragen?
Controleer of je huiswerk hebt

Slide 11 - Slide

Start les
Zit je op je eigen plek?
Is je mobiel uit het zicht?
Zijn je oortjes uit?
Hangt je jas aan de kapstok?
Zijn je pet en capuchon af?
Je bent stil bij start les.

timer
1:30

Slide 12 - Slide

Planning

10 minuten huiswerk nakijken
15 Trainen op onderwerp
5 minuten uitleg hoofdgedacht
15 minuten huiswerk maken
5 minuten afsluiting


Doel

Je weet hoe je een hoofdgedachte moet formuleren.

Je weet hoe je een hoofdgedachte kan vinden.

Slide 13 - Slide


Lijkt op het onderwerp maar is niet hetzelfde!!

Slide 14 - Slide

Hoofdgedachte:

In een zin opschrijven wat de schrijver over het onderwerp zegt

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

De hoofdgedachte.



De hoofdgedachte van de hele tekst is het belangrijkste wat er over het onderwerp gezegd wordt.

Slide 17 - Slide

Onderwerp en hoofdgedachte
Een tekst heeft natuurlijk altijd een ONDERWERP.
Daarnaast heeft elke tekst een HOOFDGEDACHTE.

Deze moet je zelf kunnen bepalen!

Slide 18 - Slide

Hoe vind ik het O en het HG?
1. Lees de titel, de inleiding en het slot
2. Stel jezelf de vraag: Waar gaat de tekst over? Dat is het onderwerp.

Hoofdgedachte
3. Bedenk wat de tekst je vertelt over dit onderwerp:
- Informatieve tekst: Wat is de belangrijkste info over het onderwerp?
- Overtuigende tekst: Wat vindt de schrijver van het onderwerp?
4. Schrijf nu de hoofdgedachte in één zin.

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide