13:30 - 14:30 Crea tu propio menú / maak je eigen menukaart Durante el ejercicio exterior... / Tijdens het maken van de menukaart...
13:30 - 14:30 ¿Cómo se resonde? Práctica de expresión oral / gespreksvaardigheid
14.30 - 15.15 Repaso los verbos / herhaling van de werkwoorden
15:15: 15:45 Bingo hasta número 100 (cien)
Tussendoor: Feedback libro (digital)
Si tenemos tiempo extra... / als we extra tijd over hebben
Masculino - Femenino / Mannelijk - Vrouwelijk (goed of fout)
Opdrachten in het boek maken (unidad 4)
Slide 1 - Slide
Repaso 'El alfabeto'
Samen een dialoog lezen (klassikaal)
Vamos a leer juntos p. 214 en el libro
Slide 2 - Slide
Ejercicio: 'crea tu propio menú'
Voorbereiding / preparación página 49 - 51
Maak via de gratis tool Canva je eigen menukaart met populaire Spaanse gerechten
Voorwaarden / condiciones menukaart:
- Bied voor alle dagdelen eetopties aan (el desayuno, la comida / el almuerzo, la merienda y la cena)
- De hele menukaart in het Spaans (Nederlandse vertaling eronder mag)
- Geef je restaurant een naam en zorg voor een aantrekkelijke lay-out, voeg eventueel een logo toe (añade un logotipo)
- Vergeet de prijzen (los precios) niet te noemen
- Noem de openingstijden van het restaurant en geef twee dagen aan wanneer het restaurant gesloten is
- Geef aan of en hoe gasten kunnen reserveren (via website / telefonisch)
- Noem twee aaneengesloten maanden wanneer het restaurant gesloten is
Lever je 'menú' in via Teams - opdrachten
Slide 3 - Slide
¿Cómo se responde?
Oefening met ¿Cómo se responde?
Het rad wordt gedraaid
De docent stelt de vraag aan een student
De student probeert antwoord (la respuesta) te geven
Denk aan begin en eind van een kort gesprekje: Bijvoorbeeld / Por ejemplo Hola (nombre) ¿Cómo se escribe tu nombre? ¿Puedes repetir? (kun je het herhalen?) ¡Muchas gracias!
Página 44 +45 (días de la semana)
Slide 4 - Slide
Los verbos (repaso)
Reguliere werkwoorden in het Spaans eindigen op: - er
Slide 5 - Slide
Los verbos (repaso)
Reguliere werkwoorden in het Spaans eindigen op: - ar
Slide 6 - Slide
Los verbos (repaso)
Reguliere werkwoorden in het Spaans eindigen op: - ir
Slide 7 - Slide
Ejercicio los verbos
Ejercicio los verbos:
In tweetallen voor de klas:
Op het bord hangen drie schema's
Los verbos eindigen op -ar / -ir / er
De ene student pakt een werkwoord uit de bak
De andere student vervoegt, op het bord, het werkwoord op de juiste manier
De klas helpt / controleert of dit goed is gegaan
Slide 8 - Slide
Ser / Hay / Estar
Wanneer maak je gebruik van ser, estar of hay? De samenvatting is als volgt: ser = zijn + een eigenschap(langdurig of voor altijd),estar = zijn + een toestand(tijdelijk, op een bepaald moment).Hay betekent er is/er zijn en wordt gebruikt wanneer het onderwerp onbepaald is.
Slide 9 - Slide
Yo
estoy
Tú
estás
Él / ella / usted
está
Nosotros / nosotras
estamos
Vosotros / vosotras
estaís
Ellos / ellas / ustedes
están
Weet je nog? Vervoegen van los verbos: ESTAR
Slide 10 - Slide
Yo
Soy
Tú
Eres
Él / ella / usted
Es
Nosotros / nosotras
Somos
Vosotros / vosotras
Sois
Ellos / ellas / ustedes
Son
Weet je nog? Vervoegen van los verbos: SER
Slide 11 - Slide
Vervolg ser / estar / hay
Je kunt via onderstaande site veel voorbeelden zien van ser / estar / hay