This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
All sorts 2
Slide 1 - Slide
I have just ........ (rennen) a marathon.
Slide 2 - Open question
We have guests from many Asian countries, ........ China and Japan.
A
i.e.
B
e.g.
Slide 3 - Quiz
e.g. staat voor exempli gratia, wat 'bijvoorbeeld' betekent. Je gebruikt het om een voorbeeld te geven uit veel mogelijke voorbeelden.
Slide 4 - Slide
i.e. staat voor id est en betekent 'that is' of 'in other words'. Je gebruikt i.e. voordat je een equivalent of een uitleg geeft van wat er eerder in de zin genoemd werd.
Slide 5 - Slide
Een betekenis van het Engelse woord 'malevolent' is ........
A
tegenstrijdig
B
misselijkheid
C
mannelijk
D
boosaardig
Slide 6 - Quiz
Een betekenis van de Engelse woordcombinatie 'all but' is ........ .
A
desalniettemin
B
absoluut niet
C
amper
D
bijna
Slide 7 - Quiz
'It was all but impossible to read his handwriting.' = Het was bijna onmogelijk om zijn handschrift te lezen.
'All but' heeft nog een andere betekenis: 'alles/iedereen behalve iets/iemand'. Voorbeeld: 'all but two of the plates were damaged' betekent dat slechts twee van de borden niet beschadigd waren.
Slide 8 - Slide
'All but' betekent nooit het aaneengeschreven 'allesbehalve' met de betekenis van 'absoluut niet'.