Evolutie 5H 29 sept 2020

Start
Zoek op de elo (bij hoofdstuk 10) naar deze LessonUp-les (op je telefoon of op je laptop) en klik de eerste dia aan. Dat is deze dia.
Bedenk wat je lastig vond aan het huiswerk en/of aan de vorige les en schrijf dat in je schrift. 

Ga nog niet naar de volgende dia.
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Start
Zoek op de elo (bij hoofdstuk 10) naar deze LessonUp-les (op je telefoon of op je laptop) en klik de eerste dia aan. Dat is deze dia.
Bedenk wat je lastig vond aan het huiswerk en/of aan de vorige les en schrijf dat in je schrift. 

Ga nog niet naar de volgende dia.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Wat is volgens jou een fossiel?

Slide 5 - Slide

Waar of niet? Fossielen vind je alleen maar onder water
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Zijn alle soorten waarvan fossielen worden gevonden uitgestorven?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Video

Maak nu opdr. 1-5 blz 42 (5 min)
- je mag samenwerken 
- je mag je boek gebruiken
- je mag fluisteren
- je moet alle antwoorden duidelijk opschrijven
- als je het niet weet, zoek je het op
- als je klaar bent, bestudeer je bron 5 alvast

Slide 9 - Slide

Relatieve ouderdomsbepaling
  • gebruik van gidsfossielen
  • van gidsfossielen is de ouderdom bekend
  • wordt een gidsfossiel gevonden, dan is de aardlaag (en/of andere onbekende fossielen) minstens even oud
  • alleen soorten die kort hebben geleefd, op meerdere plekken op aarde
  • de trilobiet, leefde 512-250 miljoen jaar geleden, in zee (dus op veel plekken)

Slide 10 - Slide

Absolute ouderdomsbepaling
  • Echte leeftijd bepalen m.b.v. radioactieve isotopen
  • Isotopen zijn verschillende vormen van een element met ieder een eigen atoommassa 
  • Koolstof: 12C - isotoop (stabiel) en 14C - isotoop (radioactief)

Slide 11 - Slide

Relatieve vs. absolute ouderdomsbepaling
Relatief: schatting m.b.v. gidsfossielen in aardlagen --> kort op aarde hebben geleefd
Absoluut: verhouding van c14/c12 meten in fossiel--> bron 6 op blz 44


Slide 12 - Slide

Aan de slag!
Bestudeer bron 6
Maak daarna (netjes tekenen!) opdracht 9.

Maak daarna de andere opgaven (6-10)

Slide 13 - Slide

Nog even ter afsluiting:
Een beetje herhaling van erfelijkheid!

Slide 14 - Slide

Uit de resultaten van één bepaalde
kruising is met zekerheid af te leiden,
dat het gen voor korte haren
dominant is. Welke kruising is dit?
A
kruising 1 x 2
B
kruising 3 x 4
C
kruising 5 x 6

Slide 15 - Quiz

Bij radijsjes worden zowel de vorm als de kleur erfelijk bepaald. De kleur kan rood, paars of wit zijn. De vorm kan lang, ovaal of rond zijn. Het fenotype paars/ovaal is een intermediair fenotype. Een kweker voert de volgende kruisingen uit:
kruising A: planten met rode, ronde radijs x planten met witte, ovale radijs,
kruising B: planten met rode, lange radijs x planten met witte, ronde radijs,
kruising C: planten met paarse, ronde radijs x planten met paarse, lange radijs,
kruising D: planten met paarse, ovale radijs x planten met paarse, ovale radijs.
Uit elke kruising ontstaan evenveel nakomelingen.
Bij welke van deze kruisingen ontstaan de meeste nakomelingen met paarse, ovale radijsjes?

A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 16 - Quiz

Wat vind jij van deze manier van les krijgen?
A
Leuk
B
Ik vond het eerst leuker, nu is er niks aan
C
Beter dan eerst, maar niet echt leuk
D
Verschrikkelijk

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide