Weer totaal

Weer en Klimaat
Weer en Klimaat
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Weer en Klimaat
Weer en Klimaat

Slide 1 - Slide

barometer

Slide 2 - Slide

Manometer
Meet overdruk en onderdruk:

Overdruk: lucht in een band

Onderdruk: lucht in vacuüm

Slide 3 - Slide

Met een manometer meet je de luchtdruk

Overdruk = verschil tussen luchtdruk buiten en de druk in bijvoorbeeld de band

Absolute druk = luchtdruk + overdruk


Onderdruk = verschil tussen de druk onder bijvoorbeeld een stolp en de lucht druk buiten

Absolute druk = luchtdruk - onderdruk

Slide 4 - Slide

Eenheden om de luchtdruk te meten

De luchtdruk (10 N/cm2) wordt ook gemeten in bar of millibar.

De luchtdruk is dan 1 bar of 1000 mbar.

De luchtdruk wordt ook in Pascal of hecto-Pascal gemeten. 

(1 Pa = 1 N/m2)

De luchtdruk op aarde is dan 100 000 Pa of 1000 hPa.

1 mbar = 1 hPa

1 mbar = 1 100Pa

1 bar = 10000Pa





Slide 5 - Slide

Omrekenen
  • 1 atm = 1 bar
  • 1 bar = 1000 mbar
  • 1 mbar = 100 Pa

Slide 6 - Slide

Temperatuur

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Vloeistof thermometer

Slide 9 - Slide

Bimetaal thermometer

Slide 10 - Slide

Waterdamp is onzichtbaar

          Dauw                         Rijp                           Ijzel

Slide 11 - Slide

Rijp
Dauw
IJzel
Regen valt op bevroren grond en bevriest (lucht boven en grond onder 0 graden Celsius)
Waterdamp in de lucht bevriest direct op voorwerpen (temperatuur onder 0 graden Celsius)
Waterdamp uit de lucht vormt druppeltjes op voorwerpen (temperatuur boven 0 graden Celsius)

Slide 12 - Drag question

Faseovergangen
Faseovergangen

Slide 13 - Slide

Dauwpunt
Het dauwpunt is de maximale
hoeveelheid waterdamp
die bij een bepaalde
temperatuur in de lucht kan
zitten. Zit er meer waterdamp in?
Dan condenseert die waterdamp,
dan krijg je een wolk

Slide 14 - Slide

Drie verschillen typen wolken:
- gelaagde bewolking op een en hetzelfde niveau
- stapelwolken die zich meer in de hoogte leken te ontwikkelen en
- bewolking met een meer vezelachtige structuur.
Hoe warmer de lucht, hoe meer waterdamp aanwezig.

Overdag is het warm: lucht neemt veel waterdamp op.
's Nachts koelt het af: lucht kan niet meer alle waterdamp behouden. Het teveel condenseert tot waterdruppeltjes. Dit is dauw. De temperstuur waarop dit gebeurt, is het dauwpunt. Hoe minder waterdamp in de lucht, hoe lager het dauwpunt.


Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Stapelwolken

Slide 18 - Slide

Stapelwolken
Stapelwolken ontstaan door warme
lucht die uitzet. Bij het dauwpunt 
gaan de lucht condenseren 
(vlakke onderkant)
maar de bellen warme lucht stijgen nog verder, zo stapelen de wolken zich op.

Slide 19 - Slide

Onweer
Onweer ontstaat door 
opgebouwde lading in 
langs elkaar schurende wolken.

Er ontstaat pas bliksem als het spanningsverschil groot genoeg is. De benodigde spanning hiervoor heet de doorslagspanning.

Slide 20 - Slide

hoe ontstaat onweer?
  • Warme en koude luchtstromen

  • elektrisch geladen ijsdeeltjes

  • Spanningsverschil

  • Bliksem

  • Donder

Slide 21 - Slide

Absolute, over- en onderdruk
  • De druk van een gas meet je met een manometer
  • De luchtdruk met een barometer
  • Bij overdruk is de druk groter dan
     de luchtdruk,  bij onderdruk lager 
  • overdruk+luchtdruk=absolute druk

Slide 22 - Slide

Onderdruk en overdruk



De echte druk noem je de 
absolute druk.
Overdruk                   absolute druk = luchtdruk + overdruk
Onderdruk                absolute druk = luchtdruk - onderdruk

Slide 23 - Slide

Overdruk en onderdruk



Luchtdruk meet je met een barometer.

Gasdruk meet je met een manometer

(je meet het VERSCHIL met de gewone luchtdruk).

Absolute druk = luchtdruk + overdruk

Slide 24 - Slide

Wat is de overdruk
Als in een voorwerp (voetbal, ballon, luchtbed, band) de druk groter is dan de luchtdruk spreken we van overdruk.

Het verschil tussen de druk in het voorwerp en de luchtdruk is de overdruk.

De druk in het voorwerp noemen we de absolute druk

Slide 25 - Slide