Huishoudelijke werkzaamheden Les 3

Huishoudelijke werkzaamheden

Les 3

1 / 21

Slide 1: Slide

WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Huishoudelijke werkzaamheden

Les 3

Slide 1 - Slide

Terugblik vorige les:

hygiëne quiz, hygiëne in de keuken quiz
Afwasvolgorde
Micro-organismen
stamppot boerenkool met gehaktbal

Slide 2 - Slide

Doelen van deze les:

Je bent je ervan bewust hoe belangrijk schoonmaken is
Je bent je bewust van je voorbeeldrol
Je bent je bewust van en houdt rekening met de schoonmaakregels
Het maken van een puntpaprikasoep

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Waarom schoonmaken?

Slide 6 - Slide

Waarom schoonmaken?

Door schoonmaken zorg je ervoor dat micro-organismen zich niet kunnen verspreiden.

Zo voorkom je dat mensen ziek worden, wees je bewust van je verantwoordelijkheid voor de doelgroep!

In verband met veiligheid: er kunnen ongelukken gebeuren als de vloer glad is of als er niet is opgeruimd.
Voor onderhoud van materialen; materiaal beschermen tegen vuil en slijtage (Denk aan verwijderen kalkaanslag bij strijkijzer)

Slide 7 - Slide

Reinigen en desinfecteren

Wat is het verschil tussen reinigen en desinfecteren?

Slide 8 - Slide

Reinigen en desinfecteren

Reiniging: Reiniging is het
verwijderen van zichtbaar vuil
door een schoonmaakmiddel.
Desinfecteren: Desinfecteren is het chemisch verwijderen en/of doden van bacterien en sporen. Ziekmakende micro-organismen worden teruggebracht tot een niet ziekmakend aantal.

Slide 9 - Slide

vuil is te verdelen in vier groepen:

losliggend vuil: zakdoekjes, stof, zand, haren van huisdieren en mensen

licht gehecht of aangekleefd vuil: modder, vieze vingers, vruchtensapvlekken

sterk gehecht vuil: oude vlekken zoals bloed, kauwgom, roest

onzichtbaar vuil: micro-organismen

Slide 10 - Slide

Schoonmaakmethoden:

1. Droog schoonmaken: bijv. droge doek, stofzuiger, bezem, stofwisser

2. Klamvochtig schoonmaken: bijv. met een iets vochtige of vettige doek of doek waarin een schoonmaakmiddel is verwerkt (Voordeel is dat het stof aan het schoonmaakmateriaal hecht).

3. Nat schoonmaken: bijv. met water, meestal gecombineerd met een reinigingsmiddel (Voordeel is dat veel soorten vuil worden verwijderd).

4. Desinfecteren: verwijderen van micro-organismen door desinfecterende middelen te gebruiken.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Werkvolgorde:

Begin met droog reinigen en pak daarvoor een schone doek, werk van hoog naar laag (eerst bovenop de kast, vensterbank, dan pas vloer)
Vervolgens klamvochtig reinigen, met schone materialen.
Ten slotte nat reinigen, werk van schoon naar vuil. Eerst maak je de minst vuile ruimte schoon dan de vuilere ruimten

Slide 13 - Slide

Basisschoonmaakmiddelen:

te gebruiken voor veel verschillende werkzaamheden

Groene zeep: natuurlijk product en redelijk milieuvriendelijk, nadeel is dat het een vettig laagje achterlaat(kan vuil aantrekken), veel water nodig om weg te spoelen.

Allesreiniger: kan verschillende soorten vuil verwijderen, meest gangbaar.

Kalkverwijderaar: zure middelen die ontkalken, azijn is geschikt voor verwijderen kalkaanslag maar niet voor vuil (goed ventileren). Pas op bij marmer of vergelijkbare steensoorten, dan kan het dof worden!

Glasreiniger: geschikt om vingerafdrukken en vlekken van glas te verwijderen.

Slide 14 - Slide

Speciale reinigingsmiddelen:

Pakken gericht een specifiek soort vuil of materiaal aan, zoals ovenreinigers, schimmelverwijderaars.

Slide 15 - Slide

Wat is ergonomisch werken?

Slide 16 - Slide

Ergonomisch werken:

Ergonomisch werken is een manier van werken die lichamelijke klachten voorkomt. Werk materialen moeten zo goed mogelijk zijn afgestemd op de gebruiker.