2b kader T3 b2-3

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 2

Thema 3 

De bloedsomloop

Basisstof  2

Waar denk je aan bij bloed?

Wat vind jij van bloed?

😒🙁😐🙂😃

Wat gaan we vandaag doen?

HW controleren (B1)

Bloedvaten en bloedsomloop

Zelf aan de slag

Herhaling lesdoelen

Afsluiten les

Lesdoelen

Aan het einde van de les:

- Ken je de verschillen tussen 3 typen bloedvaten  

- Kun je de kleine en grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies 

Bloedcellen

De bloedsomloop

3 typen bloedvaten

Bloedvaten

- Slagaders

Hart pompt het bloed hierin. Dikke wand, gespierd, elastisch.

- Haarvaten

Door de dunne wand vindt er uitwisseling met cellen plaats (voedings- en afvalstoffen)

- Aders

Hart zuigt het bloed terug. Kleppen. 

In de afbeelding zie je verschillende typen bloedvaten.

Je slagader kun je voelen (pols en hals)

Slagader 

Ader

Haarvat:

stoffen uitwisseling

Grote bloedsomloop

Dubbele bloedsomloop

Kleine bloedsomloop

Rechterhelft van het hart pompt het bloed naar de longen. 

Grote bloedsomloop

Vanuit de kleine bloedsomloop komt het bloed in de linkerharthelft. Deze harthelft pompt het bloed door de rest van het lichaam. 

Bloedvatenstelsel

Slagaders lopen naar het orgaan toe, aders lopen er vanaf terug naar het hart. 

Bv. beenslagader - beenader

Poortader loopt vanaf de darmen naar de lever 

Wat is gevaarlijker: een aderlijke of slagaderlijke bloeding?
Leg je antwoord uit

Zelf werken:

3.2: opdracht 1 t/m 6 blz 138 

Daarna bespreken

Mondeling  opdracht 1 t/m 6 bespreken

Welk type bloedvat is letter P?

1. Ader
2. Haarvat
3. Slagader

Pijl Q stelt vocht voor dat het bloedvat verlaat. Welke stoffen bevat het vocht bij pijl Q?

1. Afvalstoffen
2. Koolstofdioxide
3. Voedingsstoffen
4. Zuurstof

Pijl R stelt vocht voor dat het bloedvat instroomt. Welke stoffen bevat het vocht bij pijl R?

1. Afvalstoffen
2. Koolstofdioxide
3. Voedingsstoffen
4. Zuurstof

Wat is de functie van de kleine bloedsomloop?

1. bloed naar de longen brengen voor zuurstof opname
2. bloed naar de longen brengen voor CO2 afgifte
3. Zuurstof en voedings-stoffen brengen naar spieren en organen
4. A en B

HW voor de volgende keer

3.3. opdracht 1 t/m 9 maken