Feuerbach

Ludwig Feuerbach (1804-1872)
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GodsdienstMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Ludwig Feuerbach (1804-1872)

Slide 1 - Slide

Leerdoelen

Je weet wat het idealisme inhoudt.
Je weet wat het materialisme inhoudt.
Je kunt het denken van Feuerbach rondom het thema religie en God uitleggen.
Je begrijpt waarom God geen concurrent in van de mens.
Je bent instaat om je eigen mening rondom het denken van Feuerbach onder woorden te brengen.

Slide 2 - Slide

Wat heeft niet met het theodicee probleem te maken.
A
De vraag of God wel of niet bestaat.
B
De vraag of God goed is.
C
De vraag of er kwaad is in de wereld.
D
De vraag of God almachtig is.

Slide 3 - Quiz

Wat heeft niks met het Ietsisme te maken?
A
reïncarnatie
B
samsara
C
karma
D
pantheïsme

Slide 4 - Quiz

College bij Hegel
  • Hegel gaat uit van het  'idealisme'.
  •  Hij gelooft in een abstracte, bovenindividuele Geest, die de geschiedenis voortstuwt, zonder dat de mens dit weet.
  • Ideeën zijn volgens Hegel bepalend voor de werkelijkheid, niet andersom.

Slide 5 - Slide

Feuerbach

Kritiek op het denken van Hegel.

Materialisme: het concrete  leven hier en nu is de werkelijkheid.

Buiten de natuur en de mens om is er niets.

Slide 6 - Slide

Gedachten over dood en onsterfelijkheid (1830)
Het geloof in onsterfelijkheid berust op een gebrek aan fantasie.

 Mensen waren zo gehecht aan het aardse leven dat ze zich niet voor konden stellen dat het ooit helemaal afgelopen was.

Slide 7 - Slide

 Religie


  • Bestaande religie is een fantasie.  

  • Dit ontstaat uit een verkeerd begrip van liefde en/of uit het streven naar oneindig geluk.

Slide 8 - Slide

Kern


'Niet  god schept de mensen, maar de mensen scheppen zich een god naar hun beeld.'

Slide 9 - Slide

De mens schiep God
  • God wordt met almacht en andere onbeperkte positieve kenmerken gevuld. 
  • Het zijn de kenmerken van de mens zelf, maar dan in volmaakte vorm. 
  • Omdat de mens zelf beperkt is, worden deze kenmerken vanuit een wensdenken onrealistisch uitvergroot.

Slide 10 - Slide

Feuerbach heeft invloed gehad op aanhangers van het humanisme en atheïsme omdat hij
A
niet in God gelooft
B
een socialist was
C
de mens centraal stelt
D
zich zelf als een godheid zag

Slide 11 - Quiz

De mens

  • Streeft levensgeluk na en heeft daarvoor zijn medemens nodig.

  • Tegelijkertijd ervaart hij die medemens als concurrent.

Slide 12 - Slide

Was Feuerbach een religieus persoon
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quiz

Wie/ wat aanbidt (volgens Feurbach) een religieus mens ?
Upload je antwoord.

Slide 14 - Open question

Opdracht 1
Feuerbach schrijft:"Hoe leger het leven, de te voller, des te concreter, of als men liever zegt, des te rijker is God. Het leegmaken van de werkelijke wereld en de vervulling van de godheid is één handeling. God onspringt uit een gevoel van een gebrek; wat de mens mist-  het kan een bepaald,  bewust of onbepaald gemis zijn- dat is God". Leg uit waarom volgens Feuerbach God rijker (of voller) wordt naarmate het aardse leven leger is.  
Opdracht 2
Verklaar de volgende uitspraak van Feuerbach:
"Het bewustzijn van God is het zelfbewustzijn van de mens, de kennis van God is de zelfkennis van de mens."
Verklaar de volgende uitspraak van Feuerbach: "Het bewustzijn van God is het bewustzijn van de mens, de kennis van God de zelfkennis van de mens."
timer
5:00

Slide 15 - Slide

Zijn de leerdoelen behaald?

Je weet wat het idealisme inhoudt.
Je weet wat het materialisme inhoudt.
Je kunt het denken van Feuerbach rondom het thema religie en God uitleggen.
Je begrijpt waarom God geen concurrent in van de mens.
Je bent instaat om je eigen mening rondom het denken van Feuerbach onder woorden te brengen.

Slide 16 - Slide