Figuren symmetrie

Figuren symmetrie
1 / 34
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Figuren symmetrie

Slide 1 - Slide

Lijnsymmetrie
Je kunt de vlinder dubbelvouwen over de rode stippellijn. De twee helften passen dan precies op elkaar. Dit noemen we lijnsymmetrie.
Er kunnen meer symmetrieassen zijn.

Slide 2 - Slide


Welke figuren zijn lijnsymmetrisch?
A
Alleen het vliegtuig.
B
Alleen het verkeersbord.
C
Geen van beide.
D
Allebei.

Slide 3 - Quiz

Zijn de symmetrieassen goed getekend?
A
ja
B
nee

Slide 4 - Quiz

Hoeveel symmetrieassen
heeft deze figuur?
A
1
B
2
C
4
D
8

Slide 5 - Quiz

Hoeveel symmetrieassen
heeft deze figuur?
A
1
B
2
C
4
D
8

Slide 6 - Quiz

Hoeveel symmetrieassen
heeft deze figuur?
A
1
B
2
C
4
D
8

Slide 7 - Quiz

Hoeveel symmetrieassen hebben de verkeersborden? Er is niet altijd een antwoord. 
Niet lijnsymmetrisch.
1 symme-
trieas
3 symme-
trieassen
oneindig veel 
symmetrieassen

Slide 8 - Drag question

Draaisymmetrie
Je kunt de bloem draaien om het middelpunt. Na een kwart draai passen de figuur weer precies op zichzelf. Dit noemen we draaisymmetrie.
Je kunt de kleinste draaihoek berekenen 

Slide 9 - Slide

Welke soort symmetrie
heeft deze figuur
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 10 - Quiz

Welke soort symmetrie
heeft deze figuur
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 11 - Quiz

Welke soort symmetrie
heeft deze figuur
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 12 - Quiz

Welke soort symmetrie
heeft deze figuur
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 13 - Quiz

Welke soort symmetrie
heeft deze figuur
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 14 - Quiz

Welke soort symmetrie
heeft deze figuur
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 15 - Quiz

Welke soort symmetrie
heeft deze figuur
A
Geen symmetrie.
B
Alleen lijnsymmetrie.
C
Alleen draaisymmetrie.
D
Lijnsymmetrie en draaisymmetrie.

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide

Wat is de kleinste draaihoek
van deze figuur
A
45 graden
B
90 graden
C
72 graden
D
120 graden

Slide 18 - Quiz

Wat is de kleinste draaihoek van deze figuur
A
45 graden
B
90 graden
C
72 graden
D
120 graden

Slide 19 - Quiz

Wat is de kleinste draaihoek van deze figuur
A
45 graden
B
90 graden
C
72 graden
D
120 graden

Slide 20 - Quiz

Welke symmetrie hebben de cijfers?
Geen symmetrie-as
één symmetrie-as
draaisymmetrisch

Slide 21 - Drag question

Hoeveel symmetrieassen heeft deze figuur
A
1
B
2
C
4
D
8

Slide 22 - Quiz

Wat is de kleinste draaihoek van dit figuur?
A
45 graden
B
60 graden
C
90 graden
D
120 graden

Slide 23 - Quiz

Hoeveel symmetrieassen heeft deze figuur?
A
2
B
4
C
6
D
8

Slide 24 - Quiz

Hoeveel graden is
de kleinste draaihoek
van de afbeelding?

Slide 25 - Open question

Hoe groot is
de kleinste draaihoek?

Slide 26 - Open question

Hoe noem je deze lijnen?
A
Evenwijdige lijnen
B
Loodrechte lijnen

Slide 27 - Quiz

Hoe noem je deze lijnen?
A
Evenwijdige lijnen
B
Loodlijnen
C
Rechte lijnen
D
Loodrechte lijnen

Slide 28 - Quiz

Waaraan kan je evenwijdige lijnen herkennen?
A
Driehoek
B
Pijltjes
C
Kubus
D
Half vierkantje

Slide 29 - Quiz

Waaraan kan je loodrechte lijnen herkennen?
A
Driehoek
B
Pijltjes
C
Kubus
D
Half vierkantje

Slide 30 - Quiz

Loodrechte lijnen zijn
A
c en d
B
a en b
C
c en e
D
d en e

Slide 31 - Quiz

Evenwijdige lijnen zijn
A
c en d
B
a en b
C
c en e
D
d en e

Slide 32 - Quiz

Stompe hoek
Scherpe hoek
Gestrekte hoek
Rechte hoek
Volle hoek
kleiner dan 90
groter dan 90
90
180
360

Slide 33 - Drag question

Klaar!

Slide 34 - Slide