Week 3

les acuut CVA /
anatomie van de hersenen 
en de behandelopties
1 / 30
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 240 min

Items in this lesson

les acuut CVA /
anatomie van de hersenen 
en de behandelopties

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

lesopzet 
 voorkennis ophalen 
definitie CVA
verschillenden soorten CVA
risiccofactoren CVA
herkennen symptomen beroerte 
belang snelle diagnose 
diagnostische tests en beeldvorming
acute behandelopties en medicatie en chirurgisch ingrijpen
anatomie 
revalidatie en therapie 
verpleegkundige zorg 


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Diagnostiek, behandeling, gevolgen
CVA

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al van een CVA?

Slide 4 - Mind map

In de volgende dia zien jullie een kort fragment van een jonge jongen die een CVA. We gaan kijken of we verder antwoorden kunnen vinden op wat een CVA is. 
Wat is een CVA
A
Een verzamelnaam voor spierziekte
B
Een auto-imuunziekte
C
Een bloeding in het hoofd door een ongeval
D
Een verzamelnaam voor een herseninfarct en hersenbloeding

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

CVA is een aandoening van de
A
longen
B
hart
C
hersenen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn de symptomen van een CVA?

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Wat voor bijzonderheden verwacht je bij de persoonlijke zorg bij mensen met een CVA?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

de anatomie van de hersenen

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Link

This item has no instructions

na het kijken van het  filpmpje van de hersenstichting volgen er nu een aantaal vragen over de anatomie van de hersenen 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Noem de 4 hersenkwabben

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

de vier hoofdgebieden van de hersenen zijn
A
linkerhersenhelft ,rechterhersenhelft,tussenhersenen ,hersenstam linkerhersenhelft ,rechterhersenhelft ,tussenhersenen,en hersenstam
B
grote hersenen,linkerhersenhelft,rechterhersenhelft ,en hersenstam
C
grote hersenen,kleine hersenen,tussenhersenen,en hersenstam

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Welke functies van de kleine hersenen ken je?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

welke functies zitten in je hersenstam?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Slide 16 - Link

This item has no instructions

Slide 17 - Video

Een CVA kan een herseninfarct of hersenbloeding zijn en wordt ook wel een beroerte genoemd. Een herseninfarct komt het meeste voor. Bij 85% van de mensen met een CVA gaat het om een herseninfarct. Bij een herseninfarct wordt een bloedvat afgesloten door een bloedpropje. Hierdoor krijgt een deel van de hersenen te weinig of geen zuurstof.
Een TIA is een licht, kortdurend herseninfarct, en kan een voorbode zijn voor een CVA.
TIA staat voor Transient Ischemic Attack.
Bij een hersenbloeding scheurt of knapt een bloedvat in de hersenen.
Bloed hoopt zich op in de hersenen. Hierdoor ontstaat te veel druk op het hersenweefsel, waardoor een deel van de hersenen te weinig of geen zuurstof krijgt
Welke 4 signalen controleer je bij de FAST-test?

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Wat is het grote verschil tussen een TIA en een CVA?

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Een CVA is altijd bloedig
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Slide 21 - Video

This item has no instructions

Latere behandeling van een CVA bestaat uit revalidatie. Wat past hierbij?
A
mobiliteit en conditie training (fysiotherapeut)
B
hulpmiddelen voor blijvende uitval (ergotherapeut)
C
spraak en slikstoornissen (logopedist)
D
cognitieve problemen en depressie (psycholoog)

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Geef minimaal 3 mogelijke gevolgen van een CVA

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Wat is afasie?
A
Problemen in het handelen
B
Stoornis in uitvoerende functies
C
Onvermogen objecten te herkennen
D
Problemen in het formuleren van spraak

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Ik heb iemand verzorgd met een CVA en/of
ik ken iemand die een CVA heeft gehad.
JA
NEE

Slide 25 - Poll

This item has no instructions

In het zorgdossier wordt vaak uitgegaan van vier domeinen die belangrijk zijn voor de kwaliteit van leven. Een van die domeinen is participatie.
Dit domein gaat over:

A
interesses, dagactiviteiten en sociale contacten
B
de omstandigheden waarin de cliënt woont en leeft
C
de lichamelijke verzorging en eten en drinken
D
hoe het gaat met de cliënt op psychosociaal gebied

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het doel van revalidatie?
A
leren omgaan met de ziekte/beperking en zoveel mogelijk eigen regie bij de cliënt
B
hoge kwaliteit van leven zonder pijn
C
volledig genezen
D
mantelzorgers ontlasten

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Wat voor bijzonderheden verwacht je bij de persoonlijke zorg bij mensen met een CVA?

Slide 28 - Open question

This item has no instructions

Ik ben tevreden over mijn eigen leerhouding tijdens deze les.
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Poll

This item has no instructions

Slide 30 - Link

This item has no instructions