Gezondheid en ziekte - les 3 Ziek worden, of juist niet

Anatomie, Fysiologie en Pathologie


Les 3: Ziek worden, of juist niet!
1 / 23
next
Slide 1: Slide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Anatomie, Fysiologie en Pathologie


Les 3: Ziek worden, of juist niet!

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je beschrijft verschillende ziekteverwekkers 
  • Je legt uit wat infectie, besmetting en incubatietijd betekent
  • Je beschrijft een voorbeeld van immuniteit

Slide 2 - Slide

Ziekteverwekkers

Slide 3 - Mind map

Bacterie
Virus
Eencellig organisme (levend)
Geen levend organisme
Kan zichzelf vermenigvuldigen door celdeling
Kan zich alleen vermenigvuldigen via een gastheer (in het lichaam)
Bv: legionella, salmonella, cholera
bv: HIV, waterpokken, verkoudheid, COVID-19

Slide 4 - Slide

Hoe dringen bacteriën en virussen je lichaam binnen?
A
via beschadigde huid zoals wondjes
B
via je longen en mond
C
via eten en je handen
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 5 - Quiz

Er zijn ook goede bacteriën en virussen. Noem tenminste 1 voorbeeld

Slide 6 - Open question

Goede bacteriën en virussen
  • Bacteriën die helpen bij vertering 
  • Bacteriën als beschermlaag huid
  • Bacteriën voor maken van eten
  • Virus om vaccinaties te maken

Slide 7 - Slide

Besmetting en infectie
Besmetting:
Overbrengen van ziekteverwekkers op iemand anders (bv. door hoesten)

Infectie:
Gevolg van een besmetting: de ziekteverwekkers (bacterie, virus) dringen je lichaam binnen

Slide 8 - Slide

Incubatietijd

Slide 9 - Mind map

Incubatietijd
Tijd tussen besmetting en eerste symptomen ziekte

Soms ben je al besmettelijk tijdens incubatietijd

Incubatietijd COVID-19: 2-14 dagen


Slide 10 - Slide

Afweersysteem/Immuunsysteem
Weerstand van lichaam tegen binnendringende ziekteverwekkers


Beschermt tegen schadelijke ziekteverwekkers, zoals bacteriën, virussen, schimmels, parasieten 

Slide 11 - Slide

Wanneer is je afweersysteem actief?
A
Tijdens je slaap
B
Als je ziek bent
C
Het is altijd in actie

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Wanneer ben je immuun (vraag 7a reader)?

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Slide

Actieve vs passieve immunisatie
Actief
Passief
eigen lichaam maakt antistoffen
(lichaam zelf actief)
antistoffen worden toegediend
(lichaam passief)
* je lichaam heeft een ziekte doorgemaakt
* door vaccinatie
* antistoffen via moeder (zwangerschap, borstvoeding)
* door een serum (antistof)

Slide 16 - Slide

Natuurlijke vs kunstmatige immunisatie
Natuurlijk
Kunstmatig
op natuurlijke wijze immuun
immuun door menselijke technieken
* je lichaam heeft een ziekte doorgemaakt
* antistoffen via je moeder (borstvoeding, zwangerschap
* vaccinatie
* serum (antistof)

Slide 17 - Slide

Als je zelf een ziekte heb meegemaakt en je bent hierdoor immuun geworden
A
Actief/natuurlijk immuniteit
B
Actief/kunstmatig immuniteit
C
Passief/natuurlijk immuniteit
D
Passief/kunstmatig immuniteit

Slide 18 - Quiz

Een baby krijgt via borstvoeding antistoffen binnen
A
Actief/natuurlijk immuniteit
B
Actief/kunstmatig immuniteit
C
Passief/natuurlijk immuniteit
D
Passief/kunstmatig immuniteit

Slide 19 - Quiz

Een voorbeeld van actieve en kunstmatige immuniteit is:
A
Een ziekte zelf meemaken
B
een serum
C
borstvoeding
D
een vaccinatie

Slide 20 - Quiz

Wat vond je van de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Evaluatie van de les
Alles is duidelijk
Voor mij is de helft duidelijk
Ik vind het allemaal nog onduidelijk
Het is abracadabra

Slide 22 - Poll

Huiswerk
Les 3: Ziek worden, of juist niet
Opdracht 1 t/m 7

Slide 23 - Slide