2tb 4-11-20

Wat is de gemeenschappelijke factor in deze bijbelteksten?

Psalm 50:14 
Psalm 50:23 
Hebreeën 13:15 
1 Tessalonicenzen 5:18 
Kolossenzen 3:17
Zo kan ik nog wel even door gaan..... 

Waarom deze bijbelteksten juist vandaag?







This video is no longer available
Welke video was dit?
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat is de gemeenschappelijke factor in deze bijbelteksten?

Psalm 50:14 
Psalm 50:23 
Hebreeën 13:15 
1 Tessalonicenzen 5:18 
Kolossenzen 3:17
Zo kan ik nog wel even door gaan..... 

Waarom deze bijbelteksten juist vandaag?







This video is no longer available
Welke video was dit?

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Waar ben jij dankbaar voor?
Ik ben dankbaar voor ……...

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Good morning! 
Before we start:
  • Grab your books (leave them closed) and a pen
  • Grab your folder (mapje met planner)
  • Be quiet :)

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk check
- Ben je voorbereid? (spullen bij je)
- Heb je je werk af en nagekeken?

Nee? Dan kun je vertrekken en je om half 4 melden

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Today

  • Opdracht 51 & 52
  • I writing and grammar 2A
  • I writing and grammar 2B
  • Opdracht 53 & 54
Homework

  • Leren grammar 2A & 2B

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Doel
A1/A2 I can make questions and negations in the past simple

Questions = ?
Negations = ?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

The past simple: Herhaling
Definition
Use
Form
Exceptions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

The past simple: Questions
First things first:
Exercise 51 & 52 (app. 15 minutes)

Auxiliary verb?!

timer
15:00

Slide 8 - Slide

Wat is een auxiliary verb? 
Hulpwerkwoord (could, would bijvoorbeeld)
The past simple: Questions
3 ways to make a question (vraag) in the past simple:
Rule 1 - Was/were and auxiliary verb at the beginning of a sentence

Rule 2 - All other verbs -> did at the beginning of a sentence. Did is Always followed by the infinitive.

Rule 3 - When you ask wh-questions (see book), you put the wh- word at the beginning of the sentence.
 

Slide 9 - Slide

Filmpje stepping stones online

Wanneer was/were

The past simple: Negations
2 ways to make a negative sentence in the past simple. 

Rule 1 - With was/were and auxiliary verb, you add -n't (not) to the verb

Rule 2 - With all other verbs you put didn't (did not) before the main verb. Didn't is always followed by the infinitive.  

Slide 10 - Slide

Filmpje stepping stones online

Wanneer was/were

The past simple: Negations
Exercise 53 & 54

first 5 minutes - red
after 5 minutes - green

timer
15:00

Slide 11 - Slide

Wat is een auxiliary verb? 
Hulpwerkwoord (could, would bijvoorbeeld)

Check check dubelcheck:
- proefwerk 13 november

Wat moet je leren:
- Words F+G (p. 75) 
- Stone 2+3 (p. 64 + 65 + p. 76) 
- Grammar 2A & 2B (p. 69 & 70 + p. 77)  
Deze toets telt 2x mee. 
Weektaak week 45

Lesuur 1:  
Tijdens de les: I writing and grammar uitleg 2A en opdracht 51 en 52 
 
Lesuur 2:  
Tijdens de les: I writing and grammar uitleg 2A en opdracht 53 en 54 
Leerwerk: Grammar 2A + 2B (p. 69 & 70) 
 
Lesuur 3:  
Tijdens de les: Herhalen grammar 2A + 2B 
Leerwerk: Grammar 2A + 2B (p. 69 & 70

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Did you reach the goal?
Goal - A1/A2 I can make questions and negations in the past simple

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

See you Friday
Don't forget, put on your face mask before you leave this room.


 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions