Mastiek & Mise-en-place

Mastiek maken & Mise-en-place
1 / 16
next
Slide 1: Slide
Horeca, Bakkerij en RecreatieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Mastiek maken & Mise-en-place

Slide 1 - Slide

Planning
  • Terugblik, vorige les, toets
  • Lesdoelen voor vandaag
  • Filmpje tafelmanieren
  • Theorie 
  • Zelfstandig opdrachten maken
  • Quiz
  • Evalueren

Slide 2 - Slide

Vorige les?
Cijfers toets

Slide 3 - Slide

Lesdoelen

Aan het einde van deze les:
  • Kun je de begrippen mastiek maken en mise-en-place uit leggen in jouw eigen woorden
  • Kun je tenminste drie tafel opstellingen benoemen
  • Kun je 4 voorbereidende werkzaamheden benoemen die in een  restaurant plaats vinden

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Mise en place

Alle voorbereidende werkzaamheden

Indelen van de zaal/tafels, tafels opdekken, bestek en glazen poleren, menage controleren
Mastiek maken

Grove mastiek= grotere werkzaamheden die je niet in het zicht van gasten doet, zoals schoonmaken en bijvullen

Fijne mastiek= poleren, borden warm zetten, kaarsjes aansteken, muziek

Slide 6 - Slide

Indeling van zaal/tafels
Restaurant/Receptie/Vergadering/Presentatie

Theater, cabaret, school, u-vorm, t-vorm, carré

Slide 7 - Slide

Zelfstandig werken
Lees 2.4 Mastiek maken, vanaf blz 153
Maak de opdrachten

Lees 2.5 Mise-en-place, vanaf blz 165
Maak de opdrachten

Slide 8 - Slide

Alle voorbereidende werkzaamheden zijn:
A
Mastiek maken
B
Mise-en-place
C
Menage zetten
D
Poleren

Slide 9 - Quiz

Wat is routing?
A
het delen van wifi-netwerk
B
klaarzetten van borden in de warmhoudkast
C
rekening houden met de meest efficiente looproute
D
het kiezen van een tafel voor de gast

Slide 10 - Quiz

Een voordeel van vierkante tafels is:
A
Makkelijk tegen elkaar aan te schuiven om opstelling te veranderen
B
Het is gezellig
C
Ze zijn klein dus nemen weinig ruimte in
D
Ze hebben altijd een vaste plaats

Slide 11 - Quiz

Een grote zaal is niet handig voor:
A
Een receptie
B
Een intiem diner
C
Een bruiloftsfeest
D
Een afscheidsbijeenkomst

Slide 12 - Quiz

Welke opstelling is géén bijeenkomst opstelling
A
Theater
B
Y-vorm
C
U-vorm
D
Cabaret

Slide 13 - Quiz

Wat is een transportbord?
A
Een dienblad waar je dranken mee serveert
B
Een bord dat de weg wijst aan gasten
C
Een bord om afval op te leggen als je klaar bent met eten
D
Een bord waarop je materialen transporteert

Slide 14 - Quiz

Welke glazen mag je niet poleren?
A
Wijnglazen
B
Longdrinks
C
Bierglazen
D
Wiskeyglazen

Slide 15 - Quiz

Evalueren
Lesdoelen behaald?
Wat heb je geleerd?
Volgende les donderdag
Zorg dat je 2.4 en 2.5 af hebt!

Slide 16 - Slide