Kiesrecht voor arbeiders, zodra zij mochten stemmen dan konden ze d.m.v. sociale wetten zorgen voor verbeteringen voor de arbeiders..
Slide 23 - Slide
Katholieken
1880 Herman Schaepman in het parlement.
Pas in 1926 Rooms-Katholieke Staatspartij (RKSP).
Veel aanhang in Brabant en Limburg.
Slide 24 - Slide
Caoutchouc-artikel
In 1887 wordt het kiesrecht uitgebreid.
Het 'caoutchouc-artikel' (Het 'rubberen artikel') komt in de Grondwet: afschaffing censuskiesrecht. Waarbij het kiesrecht wordt gegeven aan volwassen mannen 'die daarvoor geschikt zijn'.
Deze eisen konden nu steeds worden aangepast. Opgerekt als rubber...
Slide 25 - Slide
Pieter Jelles Troelstra
Pieter Cort van der Linden
Herman Schaepman
Abraham Kuijper
SDAP
Liberale Unie
Katholieken
ARP
Slide 26 - Drag question
Sleep de naam naar de juiste foto
Johan Thorbecke
Abraham Kuyper
Herman Schaepman
Pieter Jelles Troelstra
Slide 27 - Drag question
Examentip
Als je bij meerkeuzevragen twijfelt ga dan afstrepen!
Wat is zeker fout? Zet daar een streep door, zie je nog meer wat beslist niet goed is? Zet er een streep door.
Twijfel je bij de laatste twee keuzemogelijkheden die er zijn? Lees de vraag nog eens door, lees de antwoorden nog eens door en weet je nog niet zeker? GOK!
Gebruik hoofdletters bij meerkeuzevragen: A, B, C, D.
Slide 28 - Slide
Meerkeuzevragen
Altijd beantwoorden met hoofdletter
Twee antwoorden zijn superfout, er is een afleider en het goede antwoord
Nee, er zit geen patroon in....
En nee, het langste antwoord is niet altijd het goede antwoord...
Slide 29 - Slide
In 1848 braken op veel plaatsen in Europa opstanden uit. Dit had ook gevolgen voor de politieke situatie in Nederland.
Welk gevolg hadden deze opstanden voor de politieke situatie in Nederland vanaf 1848?
A
De ministeriële verantwoordelijkheid werd ingevoerd.
B
Er brak in Nederland een revolutie uit.
C
Het algemeen kiesrecht werd ingevoerd.
D
Nederland werd een republiek.
Slide 30 - Quiz
In de Nederlandse Grondwet van 1848 werd het volgende artikel opgenomen: de Koning is onschendbaar.
Wat betekent ‘de Koning is onschendbaar’ in de praktijk?
A
De koning heeft de bevoegdheid om zelfstandig politieke beslissingen
te nemen.
B
De koning moet aftreden als hij het vertrouwen van het parlement
verliest.
C
De ministers zijn politiek verantwoordelijk voor de uitspraken en het gedrag van de koning.
D
Het kabinet bepaalt welk personeel de koning voor zijn huishouden
mag aannemen.