Ongelijkwaardige breuken 21/10

Gelijkwaardige breuken!
Blok 2, les 1
1 / 16
next
Slide 1: Slide
RekenenBasisschoolGroep 2,7

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Gelijkwaardige breuken!
Blok 2, les 1

Slide 1 - Slide

Getallendictee 1

Slide 2 - Open question

Getallendictee 2

Slide 3 - Open question

Getallendictee 3

Slide 4 - Open question

Getallendictee 4

Slide 5 - Open question

Getallendictee 5

Slide 6 - Open question

Lesdoel:
Aan het einde van de les kun je gelijkwaardige breuken herkennen en koppelen aan elkaar.

Slide 7 - Slide

Gelijkwaardige breuken...

Slide 8 - Mind map

Wat zijn gelijkwaardige breuken?
Gelijkwaardige breuken zijn breuken die dezelfde waarde hebben, maar er anders uitzien.

Slide 9 - Slide

Voorbeeld 1
1/2 en 2/4 zijn gelijkwaardige breuken omdat ze dezelfde waarde hebben.

Slide 10 - Slide

Voorbeeld 2
3/5 en 6/10 zijn gelijkwaardige breuken omdat ze dezelfde waarde hebben.

Slide 11 - Slide

Uitrekenen van gelijkwaardige breuken
Om gelijkwaardige breuken uit te rekenen, vermenigvuldigen of delen we de teller en noemer met hetzelfde getal.

Bijv: 
42

Slide 12 - Slide

Nog een voorbeeld:
Om      gelijkwaardig te maken aan een breuk met noemer 12, moeten we      vermenigvuldigen met 4.
32
32

Slide 13 - Slide

Als Adam 3/8 van zijn pizza eet en Feyza 6/16 van haar pizza eet, wie heeft er dan meer op?
Gebruik je wisbordje.
A
Adam
B
Feyza
C
Evenveel

Slide 14 - Quiz

Aan de slag: spoongame!
Stap 1: Leg alle lepels in het midden van de tafel, naast elkaar
Stap 2: Schud de kaartjes en speler 1 deelt de kaartjes uit. Iedere speler krijgt 4 kaartjes. 
Stap 3: Speler 1 pakt een kaart van de stapel, zodat speler 1 nu 5 kaarten in zijn handen heeft. Dan kiest speler 1 welke kaart hij/zij weg wilt geven en geeft deze ondersteboven aan de persoon (speler 2) links van hem/haar.
Stap 4: Speler 2 doet hetzelfde en geeft de kaart waar hij/zij niks aan heeft aan de speler links van hem/haar. Dit doen alle spelers totdat de kaart de hele cirkel rond is. De laatste speler legt de kaart die hij/zij niet wil op de afvalstapel. Die kaarten zijn voor deze ronde uit het spel.
Stap 5: Zodra iemand 4 breukenkaarten heeft die alle 4 gelijkwaardig zijn, dan pakt hij/zij zo snel mogelijk een lepel. Dan pakken ook de overige spelers zo snel mogelijk een lepel (ook als ze nog niet 4 gelijkwaardige kaarten hebben). De speler die geen lepel heeft kunnen bemachtigen, heeft de eerste letter in het woord S-P-O-O-N. De eerste letter schrijf je op.
Stap 6: Dan begint de volgende ronde. De afvalstapel wordt weer neergelegd bij speler 1 en het spel begint weer opnieuw. Iemand die alle letters heeft bemachtigd, is uit en doet niet meer mee.

Slide 15 - Slide

Even checken...
Schrijf op je wisbordje 2 gelijkwaardige breuken.

Slide 16 - Slide