What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
4.4 zenuwstelsel
Startopdracht:
Bekijk je resultaat van de SO in LessonUp
Lees de theorie van 4.4 door
timer
1:00
1 / 46
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
This lesson contains
46 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
4 videos
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Startopdracht:
Bekijk je resultaat van de SO in LessonUp
Lees de theorie van 4.4 door
timer
1:00
Slide 1 - Slide
4.4 Zenuwstelsel (les 1)
Slide 2 - Slide
Planning
Terugblik 4.3
Uitleg zenuwstelsel en zenuwcellen
Opdrachten
leerdoelen:
-Je kunt de delen van het centraal zenuwstelsel benoemen en van elk deel de functie beschrijven.
- Je kunt de bouw, de ligging en de werking van de zenuwcellen uitleggen.
Slide 3 - Slide
Wat is de functie van het oor?
A
Geluidstrillingen doorgeven naar de gehoorzintuigen
B
Geluid doorgeven naar de hersenen
Slide 4 - Quiz
Welk onderdeel zorgt ervoor dat de druk buiten je oor en binnen in je oor even groot is?
A
Trommelvlies
B
Slakkenhuis
C
Buis van Eustachius
D
Gehoorgang
Slide 5 - Quiz
In het oor worden trillingen uit de lucht versterkt. In welk onderdeel van het oor gebeurt dit?
A
Het slakkenhuis
B
De oorschelp
C
De gehoorbeentjes
D
Het trommelvlies
Slide 6 - Quiz
Welk deel van het oor beschadigd door langdurige overbelasting?
A
trommelvlies
B
gehoorbeentjes
C
trommelholte
D
trilhaartjes in het slakkenhuis
Slide 7 - Quiz
Hoe heten de onderdelen van het evenwichtsorgaan die gevuld zijn met vloeistof?
A
gehoorbeentjes
B
zintuigcellen
C
halve cirkelvormige kanalen
D
evenwichtszenuw
Slide 8 - Quiz
Wat is de weg van het geluid naar je hersenen?
-->
-->
-->
-->
-->
-->
Je bent je nu bewust van de prikkel
Je hersenen beslissen hoe je op de prikkel gaat reageren
Je hersenen sturen berichten via de zenuwen
De berichten van je hersenen "vertellen" hoe je lichaam moet reageren.
Elk zintuig zet prikkels om in berichten. Deze berichten heten impulsen
Zenuwen brengen deze berichten naar je hersenen
Slide 9 - Drag question
Zenuwstelsel
Centraal zenuwstelsel:
hersenen en ruggenmerg
Zenuwen
Slide 10 - Slide
Hoe reageert je lichaam op een prikkel?
Zenuwstelsel:
Hersenen, Ruggenmerg en zenuwen
Zintuigen vangen prikkels op
zintuig zet prikkels om in berichten(impuls)
impuls gaan via zenuwen naar je hersenen
Impulsen worden in je hersenen verwekt tot gedachten
hersenen versturen weer via de zenuwen impulsen
Slide 11 - Slide
Zenuwcel
De zenuwcel bestaat uit een cellichaam met een celkern.
Aan het cellichaam zit een lange uitloper waarover/ waardoor de impuls word verstuurd
Slide 12 - Slide
Soorten zenuwcellen
Gevoelszenuwcellen
: Zijn verbonden aan zintuigen.
Hebben de celkern en cellichaam als een ballonnetje halverwege de uitloper, buiten het ruggenmerg
Schakelcellen
: Zitten in je ruggenmerg en verbinden de gevoel- en bewegingscellen. Hebben geen lange uitlopers.
Bewegingszenuwcellen
: Verbinden het ruggenmerg met spieren of klieren. Hebben een lange uitloper, cellichaam in het ruggenmerg
Slide 13 - Slide
Reageren en zenuwcellen
Gevoelszenuwcellen :
Zijn verbonden aan zintuigen.
Schakelcellen:
Zitten in je ruggenmerg en verbinden de gevoel en bewegingscellen
Bewegingszenuwcellen:
Verbinden het ruggenmerg met spieren of klieren.
Slide 14 - Slide
Zenuwen
Drie soorten zenuwen:
Gevoelszenuw:
alleen uitlopers van
gevoelszenuwcellen
Bewegingszenuw:
alleen uitlopers van
bewegingszenuwcellen
Gemengde zenuw:
uitlopers van gevoelszenuwcellen
en bewegingszenuwcellen
Zenuwen
Zenuw
= bundel met lange uitlopers
van zenuwcellen.
Slide 15 - Slide
Aan het werk
4.4 Maak opdracht 1 t/m 12 + Nakijken
Slide 16 - Slide
4.4 Zenuwstelsel (les 2)
Slide 17 - Slide
Planning
Welkom
Terugblik
Uitleg hersenen
Opdrachten
Na de les beheerst de leerling de volgende leerdoelen:
-Je kunt de bouw, de ligging en de werking van de zenuwcellen uitleggen.
- Je kunt beschrijven uit welke delen de hersenen bestaan en wat de functie is van elk deel.
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Video
Bewegingszenuwcel
Gevoelszenuwcel
Schakelzenuwcel
Slide 20 - Drag question
Vanuit je gehoororgaan loopt de gehoorzenuw naar het centrale zenuwstelsel.
Wat voor zenuw is de gehoorzenuw?
A
een bewegingszenuw
B
een gevoelszenuw
C
een gemengde zenuw
Slide 21 - Quiz
Waar liggen de schakelzenuwcellen?
A
Volledig binnen het ruggenmerg.
B
Binnen het ruggenmerg of in de hersenen.
C
Zowel binnen als buiten het ruggenmerg.
D
Alleen in de hersenen.
Slide 22 - Quiz
Piet wast zijn handen. In de tekening zie je delen van zijn zenuwstelsel.
Wat is de naam van onderdeel 2?
A
bewegingszenuwcel
B
schakelzenuwcel
C
gevoelszenuwencel
Slide 23 - Quiz
Hersenen: bestaat uit 3 delen
1. Grote hersenen:
Buitenkant geplooid (hersenschors), bestaat uit miljarden schakelcellen. Zorgen voor bewustwording. Delen hebben eigen taak (hersencentrum)
Elk zintuigen verbonden met een hersencentrum. Leggen verwerkte informatie vast = geheugen
Slide 24 - Slide
Hersenen: bestaat uit 3 delen
2. Kleine hersenen:
Zorgen voor coordinatie van bewegingen en evenwicht. Coordinatie is in juiste volgorde samentrekken van spieren bij een beweging.
Verwerking informatie uit ogen en evenwichtszintuigen, sturen spieren aan
Slide 25 - Slide
Hersenen: bestaat uit 3 delen
3. Hersenstam:
Verbinding grote/kleine hersenen met het ruggemerg.
Centra voor onbewuste processen (hartslag, ademhaling).
Regelt reflexen (= onbewuste beweging)
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Video
Verandering hersenen
Door leren ontstaan verbindingen.
Door veel herhaling worden de verbindingen sterker, daardoor gaan bijv. bewegingen bijna automatisch.
Verbindingen die je niet vaak gebruikt verdwijnen weer.
Slide 28 - Slide
Geheugen: 2 soorten
1. Korte termijngeheugen:
Houdt informatie maximaal een half uur vast. Betreft informatie die je even nodig hebt en daarna weer kunt vergeten
Slide 29 - Slide
Geheugen: 2 soorten
2. Lange termijngeheugen:
Herhaling van informatie vastgelegd, zenuwcellen krijgen vaste route (=geheugenspoor).
Geheugenspoor kan versterkt worden door informatie vaak te herhalen.
Slide 30 - Slide
Aan het werk
Opdrachten 4.4 t/m 29
Slide 31 - Slide
4.4 Zenuwstelsel (les 3)
Slide 32 - Slide
Planning
Terugblik
Uitleg invloed drugs, alcohol en medicijnen op je hersenen.
Opdrachten
Na de les beheerst de leerling de volgende leerdoelen:
- Je kunt uitleggen wat de invloed is van alcohol, drugs en medicijnen op de hersenen.
Slide 33 - Slide
Slide 34 - Video
Schuif de woorden naar de juiste plek
Grote hersenen
Kleine hersenen
Hersenstam
Ruggenmerg
Slide 35 - Drag question
In de grote hersenen
A
Worden prikkels vanaf je zintuigen verwerkt
B
Worden impulsen vanaf je zintuigen verwerkt
C
Worden bewegingen op elkaar afgestemd
D
Zetten prikkels om in impulsen
Slide 36 - Quiz
Wat gebeurt er tijdens het leren in de hersenen?
A
Het aantal zenuwcellen in de hersenen neemt af
B
Het aantal zenuwcellen in de hersenen neemt toe
C
Het aantal verbindingen tussen zenuwcellen neemt af
D
Het aantal verbindingen tussen zenuwcellen neemt toe
Slide 37 - Quiz
Wat doen de kleine hersenen?
A
Zorgen ervoor dat je spieren werken en je in evenwicht blijft
B
Zorgen ervoor dat je dingen in je omgeving waarneemt, zoals licht
C
Sturen bliksemsnelle reacties naar je lijf (reflex)
D
Verdelen de impulsen die binnenkomen vanuit je romp en ledematen naar de rest van je hersenen
Slide 38 - Quiz
Stoffen die invloed hebben op je hersenen
Drank:
je wordt vrijer/gemakkelijker. Minder controle over bewegingen. Geheugen en concentratie worden slechter.
Drugs:
verminderde concentratie, geheugen wordt slechter
Medicijnen:
soms traag en suf
Slide 39 - Slide
Alcohol.
Alcohol gaat via je bloed naar je hersenen en heeft een verdovende werking op je hersenen.
Door alcohol merk je dingen minder goed op, je reageert langzamer en invloed op je humeur.
Op jonge leeftijd veel alcohol blijvende hersenschade.
Leerstoornissen, depressies en geheugenstoornissen.
Slide 40 - Slide
Effecten op korte termijn
Alcoholvergiftiging
Bingedrinking (comazuipen)
Kater
Slide 41 - Slide
Slide 42 - Video
Drugs hebben invloed op je hersenen.
Drugs hebben invloed op de manier hoe je de wereld waarneemt. Ze kunnen:
Een
verdovend
effect hebben: alcohol, heroïne, GHB en hasj
Opwekkend
zijn: tabak, XTC, speed, cocaïne
B
ewustzijnsveranderend
zijn: LSD, paddo’s, hasj en wiet
Slide 43 - Slide
Dronken mensen kunnen niet meer recht lopen. Welk deel van de hersenen werkt dan slechter?
A
grote hersenen
B
kleine hersenen
C
hersenstam
D
ruggenmerg
Slide 44 - Quiz
Bij 'comazuipen' drinken mensen zo veel dat hun ademhaling ermee stopt. Welk deel van hun zenuwstelsel valt dan uit?
A
grote hersenen
B
kleine hersenen
C
hersenstam
D
ruggenmerg
Slide 45 - Quiz
Aan het werk
4.4 Maak opdracht 24 t/m 30 + Nakijken
Slide 46 - Slide
More lessons like this
D1BTh5 B1 Reageren omgeving - oefenen
April 2019
- Lesson with
26 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 1
4.4 zenuwstelsel
April 2024
- Lesson with
40 slides
Biologie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
4.4 zenuwstelsel
May 2024
- Lesson with
44 slides
Biologie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
4.4 zenuwstelsel
January 2024
- Lesson with
36 slides
Biologie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
5H Herh. 14.3 en 14.4 Zenuwstelsel dl1
November 2023
- Lesson with
41 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
Paragraaf 4.4 - Zenuwstelsel
March 2022
- Lesson with
10 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 3
D1BTh5 B1 Reageren op je omgeving - lln
April 2019
- Lesson with
18 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 1
14.3-1 Je zenuwstelsel 5H
June 2022
- Lesson with
33 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5