Herhaling basisstof 3,4,5 thema 3 1bb

Herhaling basisstof 3 Alcohol 
4 Roken en 5 Drugs

1 / 17
next
Slide 1: Slide
VerzorgingMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Herhaling basisstof 3 Alcohol 
4 Roken en 5 Drugs

Slide 1 - Slide

Wat kan een reden zijn dat iemand alcohol gaat drinken?
Meerdere antwoorden zijn goed
A
Omdat ze het lekker vinden
B
Om erbij te horen
C
Het hoort bij een feest
D
Het is ongezond

Slide 2 - Quiz

Alcoholvergiftiging hoort bij....
A
Je hebt last van hoofdpijn, dorst en misselijkheid
B
Je kunt niet meer zonder alcohol
C
Je hebt te veel gedronken en reageert niet meer

Slide 3 - Quiz

Kater, hoort bij....
A
Je hebt last van hoofdpijn, dorst en misselijkheid
B
Je kunt niet meer zonder alcohol
C
Je hebt te veel gedronken en reageert

Slide 4 - Quiz

Alcoholverslaving, hoort bij....
A
Je hebt last van hoofdpijn, dorst en misselijkheid
B
Je kunt niet meer zonder alcohol
C
Je hebt te veel gedronken en reageert

Slide 5 - Quiz

Wat is passief roken?
A
Zelf een sigaret roken
B
In een ruimte zitten waar gerookt wordt

Slide 6 - Quiz

Nicotine hoort bij...
A
Je krijgt minder zuurstof binnen en hebt grotere kans op kanker
B
Je raakt verslaafd
C
Je krijgt een slechtere conditie

Slide 7 - Quiz

Teer hoort bij...
A
Je krijgt minder zuurstof binnen en hebt grotere kans op kanker
B
Je raakt verslaafd
C
Je krijgt een slechtere conditie

Slide 8 - Quiz

Koolstofmonoxide hoort bij...
A
Je krijgt minder zuurstof binnen en hebt grotere kans op kanker
B
Je raakt verslaafd
C
Je krijgt een slechtere conditie

Slide 9 - Quiz

Verdovende middelen maken je
A
heel wakker en actief
B
ontspannen of slaperig

Slide 10 - Quiz

Stimulerende middelen zijn bijvoorbeeld
A
Paddo's
B
Heroïne, GHB
C
Cocaïne en XTC
D
Cannabis

Slide 11 - Quiz

Hallucineren is...
A
Je ruikt en voelt dingen die er niet zijn
B
Je ziet en hoort dingen die er niet zijn
C
Je ziet en voelt dingen die er niet zijn
D
je ziet, hoort en ruikt en voelt dingen die er niet zijn

Slide 12 - Quiz

Wie is er verslaafd?
A
Jochem voelt zich beroerd als hij geen heroïne gebruikt
B
Jantina gebruikt af en toe xtc op feestjes om lang te kunnen dansen
C
Rayen rookt soms een joint om te ontspannen

Slide 13 - Quiz

Cannabis is verslavend.
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

Welke werking heeft cannabis?
A
Verdovend
B
Stimulerend
C
Bewustzijn veranderend

Slide 15 - Quiz

XTC is een voorbeeld van een...
A
bewustzijnsveranderende drug
B
stimulerende drug
C
verdovende drug

Slide 16 - Quiz

Wat maakt XTC zo gevaarlijk?
A
Het geeft je energie
B
Soms zitten er stoffen in die dodelijk kunnen zijn
C
Het is chemisch
D
Heeft invloed op lichaam en geest

Slide 17 - Quiz