What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Week 29 (week 16-2024) klas 2 K. 10 müssen en sollen + lesen
Guten Tag
Wie geht es euch?
1 / 52
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
This lesson contains
52 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
8 videos
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Guten Tag
Wie geht es euch?
Slide 1 - Slide
jas uit
muts/pet/capuchon af
oortjes uit
boek/schrift/pen/ laptop op tafel
Slide 2 - Slide
Was machen wir heute?
Grammatic: müssen und sollen
Slide 3 - Slide
Lernziel:
Je leert het verschil in betekenis tussen müssen en sollen
Je leert beide Modalverben in een zin te gebruiken
Slide 4 - Slide
Aber zuerst.....ein Filmchen!
Slide 5 - Slide
www.zdf.de
Slide 6 - Link
Wat zijn Modalverben?
Dit zijn hulpwerkwoorden die in een zin een extra lading/betekenis aan een ander werkwoord geven.
Ik kan goed schaatsen, ik moet werken, mag ik iets vragen?
In het Duits zijn dit de werkwoorden dürfen, können, mögen, müssen, sollen, wollen en wissen.
Slide 7 - Slide
Beispiele
Du
musst
jetzt Hausaufgaben machen.
Du
kannst
jetzt Hausaufgaben machen.
Du
willst
jetzt Hausaufgaben machen.
Du
sollst
jetzt Hausafgaben machen.
Du
darfst
jetzt Hausaufgaben machen.
Du
magst
jetzt Hausaufgaben machen.
Slide 8 - Slide
wissen
weten
dürfen
mogen, toestemming
können
kunnen
mögen
lusten, houden van
müssen
moeten,
noodzakelijk
sollen
moeten,
bevel
wollen
willen
Slide 9 - Slide
Konjugation von Modalverben im Präsens
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
ich
m
u
ss
k
a
nn
w
i
ll
soll
d
a
rf
m
a
g
du
m
u
ss
t
k
a
nn
st
w
i
ll
st
soll
st
d
a
rf
st
m
a
g
st
er/sie/es
m
u
ss
k
a
nn
w
i
ll
soll
d
a
rf
m
a
g
wir
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
ihr
müss
t
könn
t
woll
t
soll
t
dürf
t
mög
t
sie
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
Sie
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
Slide 10 - Slide
Er zijn 2 kenmerken!
1: de
klank
(klinker)
verandert
in het
enkelvoud
(= ich, du en er/sie/es) (behalve bij sollen!)
2: de
ich
- en de
er/sie/es- vorm
zijn gelijk en krijgen
GEEN
uitgang!
Slide 11 - Slide
Müssen oder sollen?
Müssen
: moeten
noodzaak
;
het kan niet anders
Sollen
:
moeten:
* een ander wil het ;
* vraag naar de mening van een ander
Slide 12 - Slide
An die Arbeit!
An die Arbeit:
Was?
Aufgaben 11, 12 en 13
Wie?
Online: K. 10 Ferien - D: Grammatik
Hilfe? Die Grammatik auf Seiten 11 und 177
Zeit
15 Minuten
Fertig?
StudyGo: de woordenlijst Hfst 8, 9 en 10 of
de modale werkwoorden
Slide 13 - Slide
Huiswerk
HAUSAUFGABEN:
machen:
Aufgaben 11, 12 en 13
Online: K. 10 Ferien - D: Grammatik
Slide 14 - Slide
Tschüss!
Bis zum nächsten Mal!
Slide 15 - Slide
Guten Tag
Wie geht es euch?
Slide 16 - Slide
jas uit
muts/pet/capuchon af
oortjes uit
boek/schrift/pen/ laptop op tafel
Slide 17 - Slide
Was machen wir heute?
Lesefertigheid:
Kurzgeschichte
Slide 18 - Slide
Lernziele dieser Stunde:
Am Ende dieser Stunde ...
- Kun je uitleggen wat een Kurzgeschichte is
- Heb je nieuwe woorden geleerd
_ Ben je in staat om samen een nieuw einde aan een
kort verhaal te bedenken en met behulp van een
vertaal site in het Duits te schrijven.
Slide 19 - Slide
An die Arbeit!
An die Arbeit:
Was?
Kurzgeschichte lesen und Auftrage machen
Wie?
in Gruppen von 4 Personen
Hilfe?
ein Wörterbuch
Zeit
40 Minuten
Fertig?
dann ist die Stunde auch vorbei
Slide 20 - Slide
Heb ik de leerdoelen behaald?
... kan ik uitleggen wat een Kurzgeschichte is?
... Heb ik nieuwe woorden geleerd?
... Ben ik in staat om samen een nieuw einde aan een
kort verhaal te bedenken en met behulp van een
vertaal site in het Duits te schrijven?
Slide 21 - Slide
Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
na mijn startsignaal: inpakken
zitten blijven tot de bel gaat- stil
dan: klaar :)
Slide 22 - Slide
Tschüss!
Bis zum nächsten Mal!
Slide 23 - Slide
Was machen wir heute?
Lesefertigkeit: ......Poesie......
Slide 24 - Slide
Leerdoelen
Am Ende dieser Stunde;
heb je kennisgemaakt met Duitstalige poëzie
ben je in staat om met een paar woorden van een bestaand gedicht een nieuw gedicht te maken
Slide 25 - Slide
Aber zuerst.....ein Filmchen!
Slide 26 - Slide
www.zdf.de
Slide 27 - Link
An die Arbeit!
An die Arbeit:
Was? Poesie lesen und machen
Wie?
In Gruppen von 3 oder 4 Personen
Hilfe?
ein Wörterbuch
Zeit
35 Minuten
Fertig?
StudyGo: woordenlijst Hfst 8, 9 en 10 leren!
Slide 28 - Slide
Heb ik de leerdoelen behaald?
heb ik kennisgemaakt met Duitstalige poëzie?
ben ik in staat om met een paar woorden van een bestaand gedicht een nieuw gedicht te maken?
Slide 29 - Slide
Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
na mijn startsignaal: inpakken
zitten blijven tot de bel gaat- stil
dan: klaar :)
Slide 30 - Slide
Tschüss!
Bis zum nächsten Mal!
Slide 31 - Slide
Slide 32 - Video
Wat kost een half brood
Slide 33 - Open question
Slide 34 - Video
Wat voor brood koopt de mevrouw uiteindelijk?
A
een heel wit en een half bruin
B
een half wit brood en een half bruin brood
C
een half rogge brood en een heel wit brood
D
een half wit brood en een half volkorenbrood
Slide 35 - Quiz
Slide 36 - Video
Hoeveel moet de mevrouw uiteindelijk betalen?
Slide 37 - Open question
Im Gemüseladen
Je gaat luisteren naar een gesprek in de groentenwinkel
Bij open vragen antwoord je in het Nederlands!!
Slide 38 - Slide
Slide 39 - Video
Wat voor een product is in de aanbieding en hoeveel kost het per kilo?
Slide 40 - Open question
Einkaufen in den Supermarkt
Lars en Emre hebben een feest aan gaan boodschappen doen in de supermarkt.
Slide 41 - Slide
Hoeveel zakken chips kopen de jongens voor het feest?
A
3
B
5
C
7
D
8
Slide 42 - Quiz
Lars merkt aan de kassa dat hij 1 euro te weinig heeft om te betalen. Wat doet hij?
A
Hij leent 1 euro van Emre
B
Hij legt 1 zak chips terug.
Slide 43 - Quiz
De mevrouw aan de kassa neemt afscheid door ze...
A
een fijne dag te wensen
B
een fijne avond te wensen
C
een fijn feest te wensen.
Slide 44 - Quiz
Wissen Sie den Weg?
Je gaat kijken naar een fragment waar iemand de weg vraagt.
Slide 45 - Slide
0
Slide 46 - Video
Waar moet de mevrouw naar rechts?
A
Bij de rotonde (Kreisverkehr)
B
Bij de bakker (Bäcker)
C
Bij de hoek (Ecke) van de straat
D
Bij het stoplicht (Ampel)
Slide 47 - Quiz
0
Slide 48 - Video
Waar moet de mevrouw naar links?
A
Bij de kruising (Kreuzung)
B
Bij het stoplicht (Ampel)
C
Bij de rotonde (Kreisverkehr)
D
Bij de bakker (Bäcker)
Slide 49 - Quiz
0
Slide 50 - Video
Waar moet de mevrouw na het stoplicht (Ampel) nu nog 400 meter op?
A
naar rechts
B
rechtdoor
C
naar links
D
terug
Slide 51 - Quiz
0
Slide 52 - Video
More lessons like this
Week 30 (week 17-2024) klas 2 K10 Modalverben Wiederholung + Neuneinhalb Mehr Moor!
April 2024
- Lesson with
39 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Week 20 (week 6-2024) klas 2 Kapitel 8 Modalverben
February 2024
- Lesson with
38 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Week 28 (14-2023) klas 2 Kurzgeschichte
April 2023
- Lesson with
15 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Week 31 (week 20-2024) klas 2 Modalverben Wiederholung + woordenboekopdracht
May 2024
- Lesson with
51 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Week 12 2024 klas 3 Kapitel 3:Hören, Grammatik Modalverben TT wiederholung, woorden leren + Blooket
19 hours ago
- Lesson with
40 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
week 12 2024 klas 2 Kapitel 8 Hören, Modalverben, Sprechen p/k/t
4 days ago
- Lesson with
41 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Week 12 (47) 2022 klas 2
November 2022
- Lesson with
35 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Week 19 (week 5-2024) klas 2 Kapitel 8 Modalverben
January 2024
- Lesson with
53 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2