Week 18 (week 3 2025) 2025 klas 3 Modalverben, luistertoets oefenen en schreiben

Guten Tag
Wie geht es euch?
1 / 39
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 39 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 1 - Slide


  • jas in de kluis of op de kapstok
  • pet/muts/capuchon af
  • oortjes uit
  • laptop dicht op tafel
  • boek/schrift/pen op tafel

Slide 2 - Slide

Was machen wir heute?
Grammatik:
Modalverben

Slide 3 - Slide

Lernziele: 
Am Ende dieser Stunde.....:

  • .....kan ik uitleggen wat modale werkwoorden zijn;
  • .....kan ik de vormen van de modale werkwoorden in de tegenwoordige tijd toepassen;
  • .....kan ik de vormen van de modale werkwoorden in de verleden tijd toepassen.

Slide 4 - Slide



Aber zuerst.....ein Filmchen!



Slide 5 - Slide

Wat zijn Modalverben?
 Dit zijn hulpwerkwoorden die in een zin een extra lading/betekenis aan een ander werkwoord geven.
Ik kan goed schaatsen, ik moet werken, mag ik iets vragen?
In het Duits zijn dit de werkwoorden dürfen, können, mögen, müssen, sollen, wollen en wissen. 

Slide 6 - Slide

wissen
weten
dürfen
mogen, toestemming
können
kunnen
mögen
lusten, houden van
müssen
moeten, noodzakelijk 
sollen
moeten, bevel
wollen
willen

Slide 7 - Slide

Beispiele
Du musst jetzt Hausaufgaben machen.
Du kannst jetzt Hausaufgaben machen.
Du willst jetzt Hausaufgaben machen.
Du sollst jetzt Hausafgaben machen.
Du darfst jetzt Hausaufgaben machen.
Du magst es Hausaufgaben zu machen.

Slide 8 - Slide

tegenwoordige tijd: 2 kenmerken!
1: de klank (klinker) verandert in het enkelvoud (= ich, du en er/sie/es) (behalve bij sollen!)

2: de ich- en de er/sie/es- vorm zijn gelijk en krijgen GEEN uitgang!

Slide 9 - Slide

Konjugation von Modalverben im Präsens
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
wissen
ich
muss
kann
will
soll
darf
mag
weiß
du
musst
kannst
willst
sollst
darfst
magst
weißt
er/sie/es
muss
kann
will
soll
darf
mag
weiß
wir
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
wissen
ihr
müsst
könnt
wollt
sollt
dürft
mögt
wisst
sie
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
wissen
Sie
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen

Slide 10 - Slide

Verleden tijd: 2 kenmerken
1: de Umlaut verdwijnt!

2: er komt een  t- achter de stam bij alle vormen!

LET OP: de -g- bij mochten verandert i.v.m. de uitspraak in -ch-!!

Slide 11 - Slide

Er zijn 2 kenmerken!
1: de Umlaut verdwijnt!

2: er komt een  t- achter de stam bij alle vormen!

LET OP: de -g- bij mochten verandert i.v.m. de uitspraak in -ch-!!

Slide 12 - Slide

Konjugation von Modalverben im Präsens
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
ich
musste
konnte
wollte
sollte
durfte
mochte
du
musstest
konntest
wolltest
solltest
durftest
mochtest
er/sie/es
musste
konnte
wollte
sollte
durfte
mochte
wir
mussten
konnten
wollten
sollten
durften
mochten
ihr
musstet
konntet
wolltet
solltet
durftet
mochtet
sie
mussten
konnten
wollten
sollten
durften
mochten
Sie
mussten
konnten
wollten
sollten
durften
mochten

Slide 13 - Slide

An die Arbeit!
An die Arbeit: 

Was?  maken: Kapitel 3 Unterwegs: E Grammatik: 
           Aufgabe 20, 21, 22, 23 und 24
Wie?   selbstständig, im Online Buch
Hilfe? Grammatikübersicht auf Seite 148/149 (5.1 en 6.1)
Zeit?    25 Minuten
Fertig? StudyGo woorden hoofdstuk 2 of 3 leren!





Slide 14 - Slide

An die Arbeit!
An die Arbeit: 

Was?  StudyGo Modalverben TT en VT oefenen
Wie?   selbstständig, online
Hilfe?  die Grammatik auf Seite 148-150
Zeit?    10  Minuten
Fertig? Die Stunde ist vorbei





Slide 15 - Slide

Lernziele erreicht? : 


  • .....kan ik uitleggen wat modale werkwoorden zijn?
  • .....kan ik de vormen van de modale werkwoorden in de tegenwoordige tijd toepassen?
  • .....kan ik de vormen van de modale werkwoorden in de verleden tijd toepassen?

Slide 16 - Slide

Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
  • na mijn startsignaal: inpakken
  • zitten blijven tot de bel gaat- stil

  • dan: klaar :)

Slide 17 - Slide



Danke für eure Aufmerksamkeit.

Bis nächstes Mal!


Slide 18 - Slide

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 19 - Slide


  • jas in de kluis of op de kapstok
  • pet/muts/capuchon af
  • oortjes uit
  • laptop dicht op tafel
  • boek/schrift/pen op tafel

Slide 20 - Slide

Was machen wir heute?
Hören

Slide 21 - Slide

Lernziele: 
Am Ende dieser Stunde.....:

  • ..... kan ik een eenvoudig duitstalig fragment begrijpen en er vragen bij beantwoorden.
  • ..... heb ik woorden geleerd die met het thema "Unterweg" te maken hebben.

Slide 22 - Slide



Aber zuerst.....ein Filmchen!



Slide 23 - Slide

Slide 24 - Link



Luistertoets oefenen



Slide 25 - Slide

An die Arbeit!
An die Arbeit: 

Was?   Blooket: modalverben
Wie?   zusammen
Hilfe?  Keine
Zeit?    15 Minuten
Fertig? StudyGo Woorden leren





Slide 26 - Slide

Lernziele erreicht? : 


  • ..... kan ik een eenvoudig duitstalig fragment begrijpen en er vragen bij beantwoorden?
  • ..... heb ik woorden geleerd die met het thema "Unterweg" te maken hebben?

Slide 27 - Slide

Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
  • na mijn startsignaal: inpakken
  • zitten blijven tot de bel gaat- stil

  • dan: klaar :)

Slide 28 - Slide



Danke für eure Aufmerksamkeit.

Bis nächstes Mal!


Slide 29 - Slide

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 30 - Slide


  • jas in de kluis of op de kapstok
  • pet/muts/capuchon af
  • oortjes uit
  • laptop dicht op tafel
  • boek/schrift/pen op tafel

Slide 31 - Slide

Was machen wir heute?
Schreibfertigkeit

Slide 32 - Slide

Lernziele: 
Am Ende dieser Stunde:.....

  • ..... kan ik iemand de weg wijzen
  • ..... kan ik een route op papier schrijven.

Slide 33 - Slide



Aber zuerst ein Filmchen !



Slide 34 - Slide

Slide 35 - Link

An die Arbeit!
An die Arbeit: 

Was?  Schreiben; Aufgabe 1 
Wie?  selbstständig, auf Papier
Hilfe?  die Sprachmittel auf Seite 113
Zeit?    15 Minuten
Fertig? Blooket woorden hoofdstuk 3




Slide 36 - Slide

Lernziele erreicht? 

..... kan ik iemand de weg wijzen??
..... kan ik een route op papier schrijven?

Slide 37 - Slide

Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
  • na mijn startsignaal: inpakken
  • zitten blijven tot de bel gaat- stil

  • dan: klaar :)

Slide 38 - Slide



Danke für eure Aufmerksamkeit.

Bis nächstes Mal!


Slide 39 - Slide