This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Drogredenen
Doe de quiz
Slide 1 - Slide
Drogreden: onjuist beroep op oorzaak-gevolg
Bijvoorbeeld:
Sinds de uitvinding van de computer kan niemand meer rekenen.
Slide 2 - Slide
Drogreden: onjuist beroep op kenmerk
Bijvoorbeeld:
Karel is een doorgewinterde leraar, want hij besteedt weinig tijd aan de voorbereiding van zijn lessen.
Slide 3 - Slide
Drogreden: onjuist beroep op voor- en nadelen > overdrijven
Bijvoorbeeld:
Als Nederland het gebruik van softdrugs legaliseert, krijgen we veel meer drugsverslaafden, zal het aanzien en de invloed van ons land in de Europese Unie enorm afnemen en zal de illegale teelt vanwege de sterkte van de illegale wiet niet verdwijnen.
Slide 4 - Slide
Drogreden: onjuist beroep op voor- en nadelen > vals dilemma
Bijvoorbeeld:
Politici in Nederland zijn ‘links’ of ‘rechts’.
Slide 5 - Slide
Drogreden: onjuist beroep op voorbeeld
Bijvoorbeeld:
Jan is bang voor vrouwen, want hij is bang voor Marie en Jantien.
Slide 6 - Slide
Drogreden: onjuist beroep op vergelijking
Bijvoorbeeld:
Neem nou de brugklassers, die klagen toch ook niet als ze een te-laat-briefje moeten halen?
Slide 7 - Slide
Drogreden: onjuist beroep op autoriteit
Bijvoorbeeld:
Als Aristoteles het gezegd heeft, dan is het zo.
Slide 8 - Slide
Drogreden: onjuist beroep op traditie
Bijvoorbeeld:
Je moet trakteren, want dat hoort erbij op je verjaardag.
Slide 9 - Slide
Drogreden: persoonlijke aanval
Bijvoorbeeld:
Iemand met twee echtscheidingen achter de rug zoals jij, hoeft mij niets over het huwelijk te vertellen.
Slide 10 - Slide
Drogreden: ontduiken van de bewijslast
Bijvoorbeeld:
Als jij me niet gelooft, bewijs jij dan het tegendeel maar.
Slide 11 - Slide
Drogreden: vertekenen van een standpunt
Bijvoorbeeld:
A: Sommige stimulerende middelen zouden van de dopinglijst moeten worden geschrapt. B: Jij vindt dus dat sporters hun gang maar kunnen gaan met het gebruiken van doping?
Slide 12 - Slide
Drogreden: bespelen van het publiek
Bijvoorbeeld:
Elke verstandige ouder zal beamen dat de manier van lesgeven op deze school de enige juiste is.
Slide 13 - Slide
Drogreden: cirkelredenering
Bijvoorbeeld:
Concurrentie is goed voor de economie, want als je bedrijven met elkaar laat concurreren, gaat het beter met de economie.
Slide 14 - Slide
Het was veel te onrustig in de klas; daardoor zal ik wel weer een onvoldoende hebben gehaald.
A
Overdrijven van voor- of nadelen
B
Onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
C
Bespelen van het publiek
D
Verkeerde vergelijking
Slide 15 - Quiz
Die leraar heeft altijd dezelfde kleren aan, dat moet wel een saaie leraar zijn.
A
Onjuist beroep op kenmerk of eigenschap
B
Persoonlijke aanval
C
Onjuist beroep op autoriteit
D
Cirkelredenering
Slide 16 - Quiz
Een hond is een reusachtig trouw huisdier, hij bewaakt je huis en ach, hij blaft wat en moet soms uit.
A
Verschuiven van de bewijslast
B
Onjuist beroep op voor- en nadelen
C
Verkeerde vergelijking
D
Overhaaste generalisatie
Slide 17 - Quiz
Of we laten iedereen die in Europa wil komen toe, of we sluiten onze grenzen voor alle niet-Europeanen.
A
Bespelen van het publiek
B
Onjuist beroep op traditie
C
Ontduiken van de bewijslast
D
Vals dilemma
Slide 18 - Quiz
Morgen wordt het slecht weer. Mijn opa, die het aan zijn likdoorns kan voelen, heeft het gezegd.
A
Onjuist beroep op autoriteit
B
Onjuist beroep op traditie
C
Cirkelredenering
D
Overhaaste generalisatie
Slide 19 - Quiz
Ik vind het gevaarlijk jou alleen te laten beslissen. Kleine kinderen laat je ook niet alleen oversteken.
A
Ontduiken van de bewijslast
B
Vertekenen van een standpunt
C
Verkeerde vergelijking
D
Onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
Slide 20 - Quiz
Logisch dat jij het niet met me eens bent: jij bent ook zo bekrompen in dit soort zaken.
A
Stok achter de deur
B
Vertekenen van een standpunt
C
Ontduiken van de bewijslast
D
Persoonlijke aanval
Slide 21 - Quiz
Dit is een saai boek, want ik vind er niets aan.
A
cirkelredenering
B
Ontduiken van de bewijslast
C
Onjuist beroep op autoriteit
D
Verkeerde vergelijking
Slide 22 - Quiz
Ik mag thuiskomen wanneer ik wil. Moet ik daar nog een reden voor geven?
A
Cirkelredenering
B
Overhaaste generalisatie
C
Ontduiken van de bewijslast
D
Persoonlijke aanval
Slide 23 - Quiz
Hoe kunt u mij een onvoldoende geven? Ik heb zo hard voor de toets geleerd!
A
Bespelen van het publiek
B
Onjuist beroep op autoriteit
C
Overdrijven van voor- of nadelen
D
Onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
Slide 24 - Quiz
Docent: "Ik vind dat jij nog wat extra oefening nodig hebt." Leerling: "Oh, dus u zegt dat ik er met de pet naar gooi, maar ik doe echt wel wat voor dit vak!"
A
Vertekenen van het standpunt
B
Bespelen van het publiek
C
Ontduiken van de bewijslast
D
Persoonlijke aanval
Slide 25 - Quiz
In Spanje worden nog steeds stierengevechten gehouden. Zuid-Europeanen hebben geen respect voor dieren.