H2D - Leren leren lessenserie les 2

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Lessenserie 'Leren leren'

Hersengym: hoe gebruik je je hersenen optimaal

• kortetermijngeheugen en langetermijngeheugen:
   slapen, voeding, stress
• het getal 7:
   concentratie, opslagcapaciteit en herhaling

Vandaag staat in het teken van geschiedenis

1. Waarom krijg je het vak geschiedenis?

2. Waarom wordt geschiedenis door veel leerlingen als lastig ervaren?

3. Hoe pak je het leren voor geschiedenis het beste aan?

Het vak geschiedenis

Geschiedenis:                                                     Nederlands
- draagt bij aan kennis over de                          - vergroot de woordenschat;
  geschiedenis;                                                    - faciliteert begrijpend lezen;

- bevordert ontwikkeling van historisch             - bevordert technisch lezen.

  besef en historisch bewustzijn.

Dit betekent: besef van een 'andere tijd',
die verschilt van de eigen tijd. Je leert
rekening te houden met tijdgebonden
normen en waarden. Daarmee kun je 

huidige ontwikkelen ook beter plaatsen.

Waarom wordt geschiedenis door veel leerlingen als lastig ervaren?

In de teksten uit geschiedenisboeken is de informatiedichtheid vaak heel hoog. Dat betekent: veel informatie in weinig woorden.

Dat betekent ook:

• het is lastig om hoofdzaken van bijzaken te onderscheiden;
• het is lastig om een samenvatting te schrijven.

Hoe pak je het leren voor geschiedenis het beste aan?

Allereerst nog algemene tips:

1. Begin op tijd, want je moet herhalen. 

    Alleen met herhalen, blijft de stof
    hangen.

2. Plan pauzes in, want je hersenen
    moeten de informatie verwerken én

    gaan op een gegeven moment 'uit'.

Leer gemiddeld 30 minuten, pauzeer vervolgens max. 15 minuten

Hoe pak je het leren voor geschiedenis het beste aan?

De belangrijkste begrippen voor bij het leren:
hoofd- en bijzaken scheiden, begrippen, jaartallen, verbanden leggen.

1. Lees de tekst

2. Bestudeer wat je moet weten en kunnen (a/h begin of eind v/h hfdst)

3. Bekijk de titels van het hfdst en de paragrafen

4. Werp een blik op dik gedrukte begrippen

5. Check de bronnen

6. Kijk naar de jaartallen

7. Stel jezelf de vraag: wie zijn de belangrijkste personen in de tekst?

8. Stel jezelf de vraag: wat zijn de belangrijkste gebeurtenissen in de tekst?

Hoe pak je het leren voor geschiedenis het beste aan?

Teksten markeren

1. Markeer stukken tekst die je niet helemaal begrijpt.
2. Markeer losse worden en zinnen die de belangrijkste ideeën en onderwerpen van een tekstgedeelte aangeven.
3. Onderstreep worden en zinnen om het leren te vergemakkelijken. Concentreer je op de belangrijkste woorden, feiten en begrippen en sla uitweidingen over, evenals series voorbeelden en onnodige verklaringen.
4. Onderstreep niet alleen worden en zinnen in je boeken maar ook in je aantekeningen, daardoor kun je informatie sneller opnemen.

Hoe pak je het leren voor geschiedenis het beste aan?

1. Schrijf in je schrift vragen op, waar kleine stukjes tekst (alinea's) in

    je tekstboek een antwoord op geven. (TIP: bedenk over alle PowerPoints en

    hoofdstukken in je boek zelf een goede toetsvraag)

2. Maak zelf een antwoordmodel voor de door jouw bedachte toestvragen over de toetsstof

3. Zorg dat je over alle onderwerpen precies weet hoe, wat, waar, wanneer, waarom en  

     wie  iets doen. Schrijf deze informatie ook bovenaan je kladblaadje voor een toets

     samen met de belangrijkste jaartallen en de daaraan gekoppelde historische

     gebeurtenissen

Hoe pak je het leren voor geschiedenis het beste aan?

En nu ga je pas écht aan de slag:

Noteer belangrijke begrippen, jaartallen, personen en
gebeurtenissen op de flitskaarten (noteer op de achterkant
beknopt de uitleg). 

Leer aan de hand van deze flitskaarten (en laat je overhoren).

Leg de flitskaarten in een logische volgorde (maak een tijdlijn).

Hoe pak je het leren voor geschiedenis het beste aan?

• Maak 3 bakjes wanneer je werkt met de flitskaarten. Een bakje met het cijfer 1, een           bakje met het cijfer 3 en een bakje met het cijfer 5. 

                       De flashcards in bakje ‘1’ oefen je 1x per dag. 

                       De flashcards in bakje ‘3’ oefen je 1x per 3 dagen.

                       De flashcards in bakje ‘5’ oefen je 1x per 5 dagen.

• Schrijf een eigen samenvatting.
  
  
• Herschrijf de tekst voor iemand uit de brugklas, in makkelijkere woorden, dus.

Voordelen van het leren met flitskaarten

Flitskaarten kun je voor alle vakken inzetten!

Doordat je de flitskaarten zelf maakt, ben je al een paar keer met de stof bezig geweest, dus:

• Je herhaalt de stof.
• Je bent actief bezig met de stof.
  
  

Daarbij:

• Het is motiverend. 
• Het is efficiënt. Je focust je namelijk op de zaken die je minder goed kent en dat
   betekent dat je geen tijd verspilt aan zaken die je wel al goed kent.