3 K 30 augustus - 2 september PVTT en PVVT

Welkom!
1 / 52
next
Slide 1: Slide
Other languagesSecondary Education

This lesson contains 52 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!

Slide 1 - Slide

Deze les
Absenten
Voorstellen
Namen
Wat gaan we doen dit jaar?

Slide 2 - Slide

Absenten

Slide 3 - Slide

Christa Bartnick
Voorstellen:

Lesuitval de aankomende tijd

Slide 4 - Slide

Namen
Om jullie namen snel te kunnen leren moeten jullie op een vaste plek zitten. Vermoedelijk tot aan de herfstvakantie. Als de lessen verder goed gaan, mogen jullie daarna zelf een plek uitzoeken in de klas. 

Slide 5 - Slide

Taaltoets
Aan het einde van het schooljaar maak je een taaltoets. Hierin worden verschillende onderdelen getoetst die te maken hebben met:
Grammatica
Spelling
Over Taal
Door het jaar heen oefenen we hiermee en we beginnen daar nu mee.
Je hebt over ongeveer drie weken een eerst so. Deze gaat over de bovengenoemde onderdelen van hoofdstuk 1 en 2.

Slide 6 - Slide

Wat gaan we doen dit jaar
We werken niet meer per hoofdstuk, maar gaan vaardigheden verbeteren.

Vaardigheden: lezen, schrijven, spreken, kijken/luisteren (PTA), taalbeheersing.




Slide 7 - Slide

Wat moet je meenemen?
Je hebt in de les altijd bij je:

je boek
je schrift
een pen
je laptop (opgeladen)

Slide 8 - Slide

zinsontleding
persoonsvorm
ww gezegde
onderwerp
lijdend voorwerp

Slide 9 - Slide

persoonsvorm
Op de tafel staat een vaas met bloemen.

Wat is de persoonsvorm?

Om de persoonsvorm te vinden, zet je de zin in een andere tijd

Slide 10 - Slide

werkwoordelijk gezegde
De leerlingen hebben geen zin om te werken. 

persoonsvorm plus andere werkwoorden

Slide 11 - Slide

lijdend voorwerp
De leerlingen hebben een boek gelezen

Wie of wat +  ond + ww gez

ww gez (pv + rest werkwoorden)
ond
lv

Slide 12 - Slide

onderwerp
wie/wat + ww gezegde

De leerlingen hebben hard gewerkt.


Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Maken: 
opdracht 1 

kader blz. 20

Slide 15 - Slide

Deze les
Absenten
Hoe schrijf je...
Nakijken opdracht 1
uitleg voorzetsels
maken huiswerk

Slide 16 - Slide

absenten

Slide 17 - Slide

per se

Slide 18 - Slide

Hoe schrijf je...
per se (ga op de tafel zitten)
per sé (ga naast je tafel staan)
per ce (blijf op je stoel zitten)

Slide 19 - Slide

Nakijken opdracht 1
neem blz. 20 voor je en je huiswerk

Slide 20 - Slide

voorzetsels
kooi- of kastwoorden

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Maken
blz. 22 opdracht 4, 5, 7, 8

Slide 23 - Slide

Les 3

Slide 24 - Slide

Deze les
Absenten
Klas vs. Bartnick (uitleg)
Uitleg spelling werkwoorden (pvtt)
Opdrachten maken

Slide 25 - Slide

absenten

Slide 26 - Slide

Klas vs. Bartnick
Aan het begin van de les een vraag
Kies het juiste antwoord. Je mag overleggen
Als 50%of meer de vraag goed beantwoord heeft, krijgt de klas een punt. Zo niet: BTNC een punt.

Weddenschap: aan het einde van het jaar...

Slide 27 - Slide

klas vs. Bartnick
Mijn moeder gelooft haar ogen niet. (ga naast je tafel staan)
Mijn moeder geloofd haar ogen niet. (ga op de tafel zitten)

Slide 28 - Slide

Mijn moeder gelooft haar ogen niet.

Slide 29 - Slide

Persoonsvorm tt (pvtt)
Ik vind het niet leuk dat ik veel huiswerk heb.

persoonsvorm(en)?

Waarom niet Ik vindt?

Slide 30 - Slide

pvtt
ik vind-
jij vindt
hij/zij/het vindt
--------------------
wij vinden
jullie vinden
zij vinden

Slide 31 - Slide

pvtt
ik loop-
jij loopt
hij/zij/het loopt
--------------------
wij lopen                              niet loopen (letterdief)
jullie lopen
zij lopen

Slide 32 - Slide

je/jij achter de persoonsvorm
als je/jij achter de pv staat, gebruik je de ik-vorm

Loop je mee naar school?
Loopt je broer mee naar school?

Vind je dat ook?
Vindt je broer dat ook?

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Maken:
basis: opdracht 1 en 2 blz. 26 en 27
kader: opdracht 1 t/m 4 blz. 26 en 27
als je klaar bent oefenen op cambiumned.nl (ik laat zien wat je kunt oefenen)

Slide 35 - Slide

les 4

Slide 36 - Slide

Deze les
Absenten
Klas vs. Bartnick 
Uitleg spelling werkwoorden (pvvt)
Opdrachten maken

Slide 37 - Slide

Absenten

Slide 38 - Slide

klas vs. Bartnick
Ik verfde gisteren mijn haar. (ga naast je tafel staan)
Ik verfte gisteren mijn haar. (ga op de tafel zitten)

Slide 39 - Slide

Ik verfde gisteren mijn haar

Slide 40 - Slide

pvvt
ik liep
jij liep
hij/zij/het liep
--------------------
wij liepen
jullie liepen
zij vliepen

Slide 41 - Slide

pvvt
ik landde
jij landde
hij/zij/het landde
--------------------
wij landden
jullie landden
zij landden

Slide 42 - Slide

pvvt
ik 
jij                                             ik vorm + te/de
hij/zij/het 
--------------------
wij landden
jullie landden                   ik vorm + ten/den
zij landden

Slide 43 - Slide

wanneer te(n) of de(n)?????

Slide 44 - Slide

Ik (verven) ............. mijn haar.
Stap 1. Schrijf de ik-vorm op
Stap 2. den de -en van het hele werkwoord af
Stap 3. welke letter zie je staan?
Stap 4. Staat deze in 't KoFSCHiP? ja? te(n) nee, de(n)

Slide 45 - Slide

Maken:
Basis: opdracht 3, 4, 5, 6 vanaf blz. 28
Kader: 5, 6, 7 vanaf blz. 28

als je klaar bent oefenen op cambiumned.nl (ik laat zien wat je kunt oefenen)


Slide 46 - Slide

les 5

Slide 47 - Slide

Deze les
Absenten
Klas vs. Bartnick 
dictee
woordkaartjes maken of quizlet

Slide 48 - Slide

absenten

Slide 49 - Slide

klas vs. Bartnick
Mijn broertje mistte zijn knuffel. (ga naast je tafel staan)
Mijn broertje miste zijn knuffel. (ga op de tafel zitten)

Slide 50 - Slide

dictee
pak je schrift. verder niks op tafel

Slide 51 - Slide

woordkaartjes/quizlet
Kader: Maak opdracht 1 blz. 30
Basis: opdracht 3 blz. 33
Nakijken (bij BTNC) 
Maak van de woorden/antwoorden een quizlet of woordkaartjes

Slide 52 - Slide