Thema 2 oefentoets

Thema 2 oefentoets
1 / 38
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Thema 2 oefentoets

Slide 1 - Slide

In een organisme komen onder andere cellen, organen, organenstelsels en weefsels voor.
Wat is de juiste volgorde van deze delen, van klein naar groot?

A
Cel – orgaan – organenstelsel – organisme.
B
Orgaan – organenstelsel – organisme – cel.
C
Organenstelsel – cel – orgaan – organisme
D
Organisme – organenstelsel – orgaan – cel.

Slide 2 - Quiz

Door een microscoop kijkend, ziet Jola een stukje papier met daarop de letter p.
In werkelijkheid ligt onder de microscoop de letter

Slide 3 - Open question

Noteer nummer 1, 2 en 4
noteer zo:
1=
2=
4=

Slide 4 - Open question

In de luchtpijp zitten spieren, cellen met trilharen en cellen die de buitenkant bedekken.
Tot hoeveel weefsels en tot hoeveel organenstelsels hoort de luchtpijp?
A
Tot één weefsel en één organenstelsel.
B
Tot één weefsel en drie organenstelsels.
C
Tot drie weefsels en één organenstelsel.
D
Tot drie weefsels en drie organenstelsels.

Slide 5 - Quiz

Is dit een dierlijke of plantaardige cel, of kan je dat niet weten? Leg uit.

Slide 6 - Open question

Arthur gebruikt een microscoop met een oculair dat 5 × vergroot. Hij draait een objectief voor dat 40 × vergroot.
Met welke vergroting bekijkt hij het preparaat?

Slide 7 - Open question

In de afbeelding is een microscopische tekening te zien van een deel van een plant.
Stelling 1. In deze tekening zijn meerdere cellen te zien.
Stelling 2. In deze tekening is slechts één weefsel te zien.

A
Beide stellingen zijn juist.
B
Alleen stelling 1 is juist.
C
Alleen stelling 2 is juist.
D
Geen van beide stellingen is juist.

Slide 8 - Quiz

In de afbeeldingen is een hond weergegeven op twee verschillende momenten
tijdens het rennen. In de afbeelding geeft de letter R het orgaan aan dat de borstholte van de buikholte scheidt.
Geef de naam van dit orgaan.

Slide 9 - Open question

Vandaag is er practicum. De leerlingen werken in duo's. Ieder duo krijgt van de lerares vier microscooppreparaten. Op elk preparaat zit een etiketje (zie deafbeelding). Kirsten en Angeline werken samen.
Kirsten en Angeline krijgen de opdracht om een preparaat van dierlijke cellen te bekijken.
In één van de preparaten zijn de meisjes er zeker van dat er geen celwanden om de cellen aanwezig zijn.
In welk preparaat is dat?


A
Preparaat 1.
B
Preparaat 2.
C
Preparaat 3.
D
Preparaat 4.

Slide 10 - Quiz

Bekijk de afbeelding.
Enkele organen van een Fries melkschaap zijn: hart, lever, longen, maag, slokdarm. Welke twee van deze organen bevinden zich volledig in de borstholte

Slide 11 - Open question

De aorta en de holle ader gaan beide door het middenrif heen.
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

Zet de juiste naam bij het juiste onderdeel.
Klik op de afbeelding om te vergroten.
Benoem nummer 10
(let op: maak geen spellingsfouten!).

Slide 13 - Open question

Wat is een orgaanstelsel?
A
Een orgaan wat in de buikholte ligt
B
Een groep organen
C
Een groep weefsels die samenwerken
D
Een groep organen die samenwerken

Slide 14 - Quiz

Hiernaast zie je een orgaanstelsel van een hond. Welk orgaanstelsel is dit?
A
skelet
B
Verteringsstelsel
C
Skelet en verteringsstelsel

Slide 15 - Quiz

Zet de juiste naam bij het juiste onderdeel.
Klik op de afbeelding om te vergroten.
Benoem nummer 7
(let op: maak geen spellingsfouten!).

Slide 16 - Open question

In de afbeelding is een aantal organen in de borst- en buikholte van een man weergegeven.Van welke twee orgaanstelsels zijn delen in de buikholte getekend?
A
van het uitscheidingsstelsel en van het verteringsstelsel
B
van het uitscheidingsstelsel en van het voortplantingsstelsel
C
van het verteringsstelsel en van het voortplantingsstelsel

Slide 17 - Quiz

Zet de juiste naam bij het juiste onderdeel.
Klik op de afbeelding om te vergroten.
Benoem nummer 5
(let op: maak geen spellingsfouten!).

Slide 18 - Open question

Hoe heet orgaan nummer 7?

Slide 19 - Open question

In de afbeelding is een bladcel afgebeeld.
Welke onderdelen van deze plantaardige cel komen ook bij dierlijke cellen voor? .......
A
1, 2 en 5.
B
1, 4 en 5.
C
2, 3 en 6.
D
2, 5 en 6.

Slide 20 - Quiz

Hoe heet orgaan nummer 3?

Slide 21 - Open question

Hoe heet orgaan nummer 6?

Slide 22 - Open question

Welk orgaanstelsel wordt
hier weergegeven?
A
Ademhalingsstelsel
B
Verteringsstelsel
C
Bloedvatenstelsel
D
Spierstelsel

Slide 23 - Quiz

Hoe heet orgaan nummer 9?

Slide 24 - Open question

Tijdens een practicum wil Desi een preparaat door een microscoop bekijken. Ze wil eerst een overzicht van het preparaat.
Bij welk vergroting moet zij dan kijken?

A
40 x
B
100 x
C
400 x

Slide 25 - Quiz

Hoe heet orgaan nummer 10?

Slide 26 - Open question

Wat is een orgaan?

Slide 27 - Open question

Hoe heet orgaan C?

Slide 28 - Open question

Hoe heet orgaan A?

Slide 29 - Open question

Hoe heet orgaan nummer 11?

Slide 30 - Open question

Welk orgaanstelsel wordt
hier weergegeven?
A
Ademhalingsstelsel
B
Verteringsstelsel
C
Bloedvatenstelsel
D
Spierstelsel

Slide 31 - Quiz

Hoe heet orgaan nummer 4?

Slide 32 - Open question

In de afbeelding is een orgaan getekend.
Tot welk orgaanstelsel behoort dit orgaan?
A
ademhalingsstelsel
B
bloedvatenstelsel
C
spierstelsel
D
zenuwstelsel

Slide 33 - Quiz

In afbeelding is een dierlijk weefsel getekend.
A
juist
B
onjuist

Slide 34 - Quiz

De revolver is aangegeven met nummer 7.
A
juist
B
onjuist

Slide 35 - Quiz

De afbeelding geeft een deel van de opperhuid van een blad weer met een huidmondje. De letters P en Q geven twee cellen aan. Behoren cel P en cel Q tot hetzelfde soort weefsel? Leg je antwoord uit.
A
Ja, ze liggen tegen elkaar aan
B
Ja, ze hebben dezelfde vorm
C
Nee, ze hebben een andere bouw en functie

Slide 36 - Quiz

Welk orgaanstelsel zie je hier?
A
Beenderstelsel
B
Bloedvatenstelsel
C
Ademhalingsstelsel
D
Verteringsstelsel

Slide 37 - Quiz

Slide 38 - Slide