This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Welcome!
lesson 33: test check & start chapter 5
Slide 1 - Slide
Lesson plan
Taaltaak
Kijk- / luistertoets
Test chapter 3 & 4
Start chapter 5
Slide 2 - Slide
Tests
- taaltaak
- kijk- / luistertoets
- test chapter 3 & 4 (check in class)
Slide 3 - Slide
Start chapter 5
p. 60 -61
ex. 2
Slide 4 - Slide
linking words?
Slide 5 - Mind map
Linking words
We gebruiken linking words om zinnen aan elkaar te verbinden. Linking words zijn bijvoorbeeld: and, but, because.
Ieder linking word heeft een andere betekenis. Aan het linking word kun je zien hoe de twee zinnen met elkaar in verbinding staan.
Slide 6 - Slide
Linking words helpen je dus om ideeën en zinnen met elkaar te verbinden wanneer je Engels praat of schrijft.
We kunnen linking words gebruiken om voorbeelden, meer informatie of een samenvatting te geven, informatie te orderen, een reden of resultaat geven of om tegenstellingen/contrasten te geven.
Slide 7 - Slide
I’m using Mum’s bike _____ mine has broken down.
A
and
B
but
C
because
Slide 8 - Quiz
I wanted to see that programme _____ I forgot about it.
A
and
B
but
C
because
Slide 9 - Quiz
I went to watch The Fault in Our Stars film _____ I liked the book so much.
A
and
B
but
C
because
Slide 10 - Quiz
It was raining outside, _____ we decided to watch TV.