Jazz

1 / 15
next
Slide 1: Slide
KunstMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

  • Ontstaan uit Negrospirituals, Blues, Ragtime en klassiek
  • New Orleans
  • Afgeleid van Jass (straattaal voor seks)
  • Improvisatie
  • Tot Ca. 1950: Dixieland, Swing, 
  • Na Ca. 1950: Bebop, Free Jazz en Cool Jazz.

Slide 2 - Slide

Luister naar Donna Lee van Charlie Parker
Bebob

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Welke (muzikale) kenmerken zijn je zoal opgevallen? Gebruik je eigen woorden

Slide 5 - Open question

Bebop


Dizzie Gillespie
Charlie Parker
  • Hoog Tempo
  • Complexe melodieën
  • Complexe akkoordprogressies
  • Veel improvisatie


  • Technisch Hoogstaand
  • Hard (Volume)

Slide 6 - Slide

  • Minder commercieel
  • Kleinere bezetting
  • Luistermuziek 
  • Jazzclubs 
  • Gericht op virtuositeit
Bebop vs  Swing

Slide 7 - Slide

Luister naar "The shape of Jazz to come" van Ornette Coleman
Free Jazz (Avant Garde Jazz)

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Welke (muzikale) kenmerken zijn je zoal opgevallen? Gebruik je eigen woorden

Slide 10 - Open question

Free Jazz (Avant Garde Jazz)


John Coltrane
Ornette Coleman
  • Vrije Ritmes
  • Ontoegangkelijk
  • Modaal (geen tonaliteit)
  • Vrije improvisatie
  • Geen vaste bezetting
  • Niet westerse invloeden



Slide 11 - Slide

Luister naar "So What" van Miles Davis
Cool Jazz

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Welke (muzikale) kenmerken zijn je zoal opgevallen? Gebruik je eigen woorden

Slide 14 - Open question

Cool Jazz
  • Tempo laag rustig
  • Toegankelijk (easy listening)
  • Minder complex
  • Lange solo's maar ook langere noten
  • kleine bezetting
Miles Davis
Chat Baker


Slide 15 - Slide