What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
H1 en H2 van 2F NURekenen
Welkom P5A
1 / 25
next
Slide 1:
Slide
Rekenen
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
25 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welkom P5A
Slide 1 - Slide
Hoofdstuk 1: Getallen.
3.459.567.450.002?!#
Slide 2 - Slide
Grote getallen?
Slide 3 - Mind map
1.1 De waarde van een cijfer.
Slide 4 - Slide
Hoeveel is de 6 waard in dit getal:
256.587
A
6
B
60.000
C
6000
D
60
Slide 5 - Quiz
Hoeveel is de 5 waard in dit getal:
256.587
A
500
B
50000
C
6000
D
50
Slide 6 - Quiz
H1.2 Getallen ordenen
Slide 7 - Slide
Welk getal hoort er bij B te staan?
Slide 8 - Open question
H1.3 Negatieve
getallen
Slide 9 - Slide
Klopt de volgende stelling:
-53 < -58
A
Ja
B
Nee
Slide 10 - Quiz
Welk getal ligt er precies tussen:
-1 en 5
A
2
B
3
C
2,5
D
1
Slide 11 - Quiz
Uitleg
Als je wilt weten welk getal er precies tussen twee anderen ligt tel je deze bij elkaar op en deel je door twee.
-1 + 5 = 4
4 gedeeld door 2 = 2
Slide 12 - Slide
H 1.4 Rekenen met tijd
Wat moet je kunnen?
Klok aflezen en daarmee kunnen rekenen.
Door kunnen tellen vanaf een bepaalde datum
Tijdtabellen kunnen aflezen (bv bus)
Eenheden van tijd kennen
Slide 13 - Slide
Eeuw
Millenium
Schrikkel-
jaar
Kwartaal
Decennium
100 jaar
1000 jaar
3 maanden
366 dagen
10 jaar
Slide 14 - Drag question
H1.5 referentiematen
Die gebruik je om een schatting te maken
en om je antwoord te controleren.
Heb je bijvoorbeeld de goede eenheid gebruikt?
Slide 15 - Slide
Hoe hard loop je als je stevig doorwandelt?
Slide 16 - Open question
Hoeveel milliliter schenk je in een longdrink?
Slide 17 - Open question
Hoeveel mensen wonen er in de stad Utrecht?
Slide 18 - Open question
Wat vinden jullie lastig aan
Hoofdstuk 1?
Slide 19 - Open question
H2.1 Optellen
Slide 20 - Slide
Handig optellen
45 + 60 + 55 =
Volgorde veranderen:
45 + 55 + 60 =
of splitsen:
40 + 60 + 50 en 5 + 0+ 5
Slide 21 - Slide
Grote getallen optellen
Ook is het handig om ze onder elkaar te zetten, dat voorkomt verwarring.
3.550.000 + 320.000 =
wordt
3.550.000
320.000
Slide 22 - Slide
H2.2 Aftrekken
Slide 23 - Slide
Probeer op deze manier:
356-125
Slide 24 - Open question
Probeer op deze manier:
846-265
Slide 25 - Open question
More lessons like this
L110: Delers en veelvouden - negatieve getallen
February 2023
- Lesson with
14 slides
Wiskunde
Lager onderwijs
S1L3: Getallen tot 1000
February 2023
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Rekenen met gehele getallen
September 2023
- Lesson with
22 slides
Rekenen
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1
1e les rekenen MBO 3e editite
January 2024
- Lesson with
35 slides
Rekenen
MBO
Studiejaar 1
Negatieve getallen
April 2018
- Lesson with
30 slides
Wiskunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
REKENTAAL WISK X HOOFDSTUK 1
October 2022
- Lesson with
47 slides
NT2
Secundair onderwijs
REKENTAAL WISK X HOOFDSTUK 1
September 2023
- Lesson with
37 slides
NT2
Secundair onderwijs
Optellen en aftrekken grote getallen H11
February 2024
- Lesson with
12 slides
Rekenen
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1