Lesbrief conjunctuur hoofdstuk 1 en 2

LessonUp samenvatting van lesbrief Conjunctuur hoofdstuk 1 en 2
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

LessonUp samenvatting van lesbrief Conjunctuur hoofdstuk 1 en 2

Slide 1 - Slide

Conjunctuur

Slide 2 - Slide

Effectieve vraag
De totale vraag naar producten en diensten noemen we de effectieve vraag (ook wel macro vraag genoemd)

Slide 3 - Slide

Effectieve vraag
 Deze vraag komt van de Consumenten ( Consumptie), de Bedrijven ( Investeringen) , de Overheid (Overheidsbestedingen) en het Buitenland (Export)
Deze vraag bepaalt de productie. Wat we importeren produceren we niet zelf, dus de productie is:
Y= C + I + O + E- M

Slide 4 - Slide

Productie=inkomen
Weten we nog?
Door te produceren met behulp van de productiefactoren wordt er inkomen verdiend
Dus productie=inkomen

Slide 5 - Slide

productie = inkomen
Kapitaal > rente en winst
Arbeid > loon
Natuur > pacht
Ondernemerschap > Winst

Dus door te produceren met behulp van de productiefactoren wordt er inkomen verdiend.
Inkomen = productie

Slide 6 - Slide

Overbesteding
Effectieve vraag is groter dan de productiecapaciteit:

Productie is hoog
Werkgelegenheid is hoog
Prijzen gaan stijgen 

Slide 7 - Slide

Onderbesteding
Effectieve vraag is kleiner dan de productiecapaciteit

Weinig werkgelegenheid
Voorraadvorming
Prijzen gaan dalen

Slide 8 - Slide

Bestedingsevenwicht
De effectieve vraag is gelijk aan de productiecapaciteit

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Conjunctuur
Schuin oplopende lijn = Trend
De effectieve vraag kringelt om deze lijn( nationaal product of - inkomen)
Een situtatie boven de trend noemen we hoogconjunctuur.
Een situatie onder de trend noemen we laagconjunctuur


Slide 11 - Slide

Twee beweringen over de conjunctuur.
I. Bij onderbesteding is er meer inflatie.
II. Bij overbesteding is er veel werkloosheid.
Welke bewering(en) is/zijn goed?

A
Beide zijn goed
B
I is goed en II is fout
C
I is fout en II is goed
D
Beide zijn fout

Slide 12 - Quiz

Wat is onderbesteding?
A
Bestedingen zijn gelijk aan productie
B
Vraag is kleiner dan productiecapaciteit
C
Vraag is groter dan aanbod

Slide 13 - Quiz

Welke kenmerken horen bij een hoogconjunctuur?
A
Kans op onderbesteding, hoge bezettingsgraad en conjuncturele werkloosheid
B
Kans op onderbesteding, lage bezettingsgraad en conjuncturele werkloosheid
C
Kans op overbesteding, hoge bezettingsgraad en bestedingsinflatie
D
Kans op overbesteding, lage bezettingsgraad en deflatie

Slide 14 - Quiz

Bij overbesteding zal er ook sprake zijn van...
A
Hoge werkloosheid
B
Lage werkloosheid

Slide 15 - Quiz

De gemiddelde groei van de economie noem je:
A
De structuur
B
De trend
C
De conjunctuur
D
De recessie

Slide 16 - Quiz

Wat kan de overheid doen om de conjunctuur af te remmen?
A
Meer overheidsbestedingen
B
Belastingtarieven verlagen
C
Verhogen inkomstenbelasting

Slide 17 - Quiz

Bij overbesteding
A
is de bezettingsgraad laag
B
is de bezettingsgraad hoog
C
is er sprake van deflatie
D
dreigt er een recessie

Slide 18 - Quiz

In de volgende les wil ik graag:
uitleg over / opgaven maken over...

Slide 19 - Open question

Deze LessonUp is een samenvatting van hoofdstuk 1 en 2 van lesbrief conjunctuur!

Slide 20 - Slide