B7 De lever en de nieren

BS7 De lever en de nieren 
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with text slides.

Items in this lesson

BS7 De lever en de nieren 

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Je kunt de functies van de lever noemen.

Je kunt de delen van de nieren en van de urinewegen noemen met hun kenmerken en functies.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Functies lever
- glucose wordt omgezet in glycogeen en opgeslagen in de lever

Slide 4 - Slide

Functies lever
- glucose wordt omgezet in glucogeen en opgeslagen in de lever
- fibrinogeen maken van eiwitten = voor bloedstolling

Slide 5 - Slide

Functies lever
- glucose wordt omgezet in glucogeen en opgeslagen in de lever
- fibrinogeen maken van eiwitten = voor bloedstolling
- maakt gal voor het emulgeren van vetten

Slide 6 - Slide

Functies lever
- glucose wordt omgezet in glucogeen en opgeslagen in de lever
- fibrinogeen maken van eiwitten = voor bloedstolling
- maakt gal voor het emulgeren van vetten
- afvalstoffen afbreken, zoals dode rode bloedcellen. deze gaan mee met het gal naar de 12vingerige darm.

Slide 7 - Slide

Functies lever
- glucose wordt omgezet in glucogeen en opgeslagen in de lever
- fibrinogeen maken van eiwitten = voor bloedstolling
- maakt gal voor het emulgeren van vetten
- afvalstoffen afbreken, zoals dode rode bloedcellen. deze gaan mee met het gal naar de 12vingerige darm.
- breekt eiwitten af --> ureum gaat met het bloed mee naar de nieren

Slide 8 - Slide

Functies lever
- glucose wordt omgezet in glucogeen en opgeslagen in de lever
- fibrinogeen maken van eiwitten = voor bloedstolling
- maakt gal voor het emulgeren van vetten
- afvalstoffen afbreken, zoals dode rode bloedcellen. deze gaan mee met het gal naar de 12vingerige darm.
- breekt eiwitten af --> ureum gaat met het bloed mee naar de nieren
- breekt giftige stoffen af, zoals alcohol, drugs en medicijnen. gaan met het bloed mee naar de nieren

Slide 9 - Slide

HEPATITIS
                              Ontsteking door het hepatitis virus

Hepatitis B kun je oplopen door bloedcontact of onveilige seks met iemand die het virus bij zich draagt

Klachten: moe, koorts, minder eten, misselijk en geel oogwit
Langere termijn zelfs leverkanker


Slide 10 - Slide

                                            
                                               Levercirrose


Bij overmatig alcoholgebruik kan er levercirrose optreden = vervetting van de lever = littekenweefsel

De levercellen gaan eerst ontsteken en sterven af, dat wordt littekenweefsel
Gezonde cellen gaan zich delen om te compenseren > lever wordt groter

Slide 11 - Slide

Afbraak van alcohol
1 Alcohol > wordt omgezet in Aceetaldehyde (giftig)
2 Aceetaldehyde > wordt omgezet in azijnzuur
3 Azijnzuur wordt omgezet in water en CO2

De afbraak van 1 glas duurt 1 tot 1,5 uur, dit is afhankelijk van geslacht en postuur

Slide 12 - Slide

Door het drinken van alcohol:
Wordt er minder geproduceerd van het hormoon ADH
- meer plassen (grotere hoeveelheid)
- vaker plassen
- meer vocht verlies
- minder vocht in je lichaam geeft nadorst, je lichaam droogt sneller uit en je krijgt sneller een kater
(kater = hoofdpijn, duizelig, misselijk)
- een kater ontstaat door - te weinig vocht + alcohol wordt afgebroken door lever en daarbij ontstaat de giftige stof Aceetaldehyde

Foezelalcohol: kan ook in drank zitten = heel giftig, wordt trager afgebroken 
Dit zit bijvoorbeeld in slechte wijn met veel bezinksel. Van slechte wijn kun je dus zeker (meer) hoofdpijn krijgen.

Slide 13 - Slide

De nieren
Liggen boven in de buikholte 
achter de lever en de maag.

Door nierslagaders stroomt zuurstofrijk 
bloed naar de nieren, dit bloed bevat o.a. 
ureum en andere schadelijke stoffen. 
Nieren verwijderen deze stoffen uit het bloed.
Nieraders voeren het gezuiverde bloed weg uit de nieren

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

water, zouten, afvalstoffen (ureum) en schadelijke stoffen

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide