Het voltooid deelwoord van
sterke werkwoorden schrijf je zoals je het zegt.
- We hebben heerlijk geslapen.
- Dat had ik nooit gedacht!
Het voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden eindigt op -d of -t.
Maak het woord langer. Dan hoor je of het -d of -t moet zijn.
- Ik heb een voldoende voor Nederlands gehaald. (de gehaalde voldoende)
- Zij heeft het cadeau ingepakt. (het ingepakte cadeau)