9.2 Som- en verschilgrafiek

AFSPRAKEN
Als je het lokaal binnenkomt:
1. heb je geen telefoon bij jou (zit in kluis)
2. speel je geen spelletjes o.i.d. op jouw Ipad
2. ga je gelijk op je plaats zitten (zonder jas)
3. leg je jouw spullen klaar
     - Ipad (gesloten of op z'n kop)
     - wiskundeschrift (roosterpapier)
     - gevulde etui
     - werkplanning 
1 / 55
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 55 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

AFSPRAKEN
Als je het lokaal binnenkomt:
1. heb je geen telefoon bij jou (zit in kluis)
2. speel je geen spelletjes o.i.d. op jouw Ipad
2. ga je gelijk op je plaats zitten (zonder jas)
3. leg je jouw spullen klaar
     - Ipad (gesloten of op z'n kop)
     - wiskundeschrift (roosterpapier)
     - gevulde etui
     - werkplanning 

Slide 1 - Slide

PROGRAMMA
  • Check startklaar
  • Welkom
  • Terugblik H6
  • Leerdoelen H9
  • Wat weet je al?
  • Instructie
  • Aan de slag: keuze
  • Wat heb je geleerd
  • Evaluatie

Slide 2 - Slide

PROGRAMMA
  • Welkom
  • Terugblik: H6 Verschillende verbanden
  • Start H9 Grafieken en vergelijkingen
  • Wat weet je al? Startopdracht.
  • Wat ga je leren?
  • (Verlengde) Instructie
  • Aan de slag: keuze
  • Evaluatie + reflectie

Slide 3 - Slide

H6 VERSCHILLENDE VERBANDEN
H9 Grafieken en vergelijkiingen

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Plan minimaal 3x per week 20 minuten voor het oefenen.
Dit zal je uiteindelijk een beter resultaat opleveren. 

Slide 8 - Slide

  • Eerste wiskundeles

  • Kennismaking wiskundeboek

  • Startgevoel bij wiskunde

  • In 6 stappen naar een voldoende voor wiskunde

Slide 9 - Slide

H6 Verschillende verbanden

Slide 10 - Slide

Periodieke verband
Verschillende verbanden
Periodieke grafieken herhalen zich.

Slide 11 - Slide

Kwadratisch verband
Verschillende verbanden

Slide 12 - Slide

Kwadratische formule
abc in formules
De algemene vorm van 
een kwadratische formule:



a = -3
b = -2
c = 7
a = -1
b = 0
c = -11

Slide 13 - Slide

Verschillende verbanden
De coördinaten van de top van een grafiek berekenen.
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Parabool tekenen met tabel.
Stap 1 t/m 4
Stap 5
Stap 6

Slide 14 - Slide

Verschillende verbanden 
Wortelverbanden

Slide 15 - Slide

Verschillende verbanden
Machtsverbanden

Slide 16 - Slide

H9 Grafieken en vergelijkingen

Slide 17 - Slide

9.2 Bijzondere grafieken

Slide 18 - Slide

Teken de grafieken:
x = 15 (blauw/a)
y = -5 (rood/b)
y = -x (groen/c)

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Teken de grafieken:
x = 14 (rood)
y = 2  (blauw)
y = x (groen)


Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

PROGRAMMA
  • Check startklaar
  • Welkom
  • Terugblik
  • Leerdoelen
  • Wat weet je al? 
  • Instructie
  • Aan de slag: keuze
  • Wat heb je geleerd
  • Evaluatie

Slide 25 - Slide

WAT GA JE LEREN? 
  •  Ik kan een somformule maken van twee of meer
         gegeven formules.
  •  Ik kan een verschilformule maken van twee of meer
         gegeven formules.
  •  Ik kan een somtabel bij een somformule maken.
  •  Ik kan een verschiltabel bij een verschilformule
         maken.
  •  Ik kan een somgrafiek tekenen bij een somtabel.
  •  Ik kan een verschilgrafiek tekenen bij een
         verschiltabel.
  •  Ik weet wanneer ik een somgrafiek of verschilgrafiek
         moet gebruiken.

Slide 26 - Slide

Wat weet je al?




PAR. 9.2 
SOM- en VERSCHILGRAFIEK
Het is niet erg als je het nog niet weet. Dit betekent dat je het kunt leren. 
VOORKENNIS

Slide 27 - Slide



Typ zonder spaties.

Slide 28 - Open question

Slide 29 - Slide

Teken de verschilgrafiek
type Mees - type Zwaluw.

Slide 30 - Open question

t (dagen)
0
5
P (€)
60
-90

Slide 31 - Slide

Na hoeveel dagen zijn de bungalows even duur?

Vul in: ...... dagen.

Slide 32 - Open question

INSTRUCTIE som- en verschilgrafiek

Slide 33 - Slide

Som-en verschilformule
  • Formules met dezelfde variabelen kun je bij elkaar optellen of van elkaar aftrekken.
  • Je krijgt dan een somformule of een verschilformule.
  • De grafiek bij een somformule is een somgrafiek.


      
somformule 
getallen worden 
bij elkaar opgeteld.
dezelfde variabelen
Berekent de huurprijs van
twee tenten samen

Slide 34 - Slide

Som-en verschilformule
  • Formules met dezelfde variabelen kun je bij elkaar optellen of van elkaar aftrekken.
  • Je krijgt dan een somformule of een verschilformule.
  • De grafiek bij een verschilformule is een verschilgrafiek.


 
verschilformule 
getallen worden van 
elkaar afgetrokken.
dezelfde variabelen
Berekent het prijsverschil
 tussen de twee tenten.

Slide 35 - Slide

VERSCHILGRAFIEK
weken
0
4
prijs
60
-20

Slide 36 - Slide

VERSCHILGRAFIEK
Wat kun je aflezen in de verschilgrafiek?
  • Met de verschilgrafiek kun je uitrekenen hoeveel tent 2 duurder is dan tent 1. 
  • Als het verschil 0 is zijn de tenten even duur. Dit is bij 3 weken.
  • Als het verschil positief is, is tent 2 duurder. (bij 0 weken €60 duurder)
  • Als het verschil negatief is, is tent 2 goedkoper. (bij 4 weken €20 goedkoper)
Tenten zijn even duur.
Tent 1 is goedkoper als je korter dan 3 weken huurt. Bij langer dan 3 weken wordt tent 2 goedkoper. 

Slide 37 - Slide

Zonder formules
Je kunt ook som- en verschilgrafieken bij elkaar optellen of van elkaar aftrekken.
  • Teken de verschilgrafiek omzet - kosten. Je weet dan de winst. 
 



Slide 38 - Slide

Verschilgrafiek tekenen zonder formules
Je kunt ook som- en verschilgrafieken bij elkaar optellen of van elkaar aftrekken.
  • Teken de verschilgrafiek omzet - kosten. Je weet dan de winst. 
 



Beschrijf wat er met de winst gebeurt.
Als de winst negatief is, is er een verlies.

Slide 39 - Slide





 





Wat moet jij doen om de leerdoelen te bereiken? 
Kies hoe jij par. 9.2 wilt oefenen.
         of

Slide 40 - Slide

Som- en verschilgrafiek
5 opgaven met deelvragen

Slide 41 - Slide

Maak op het werkblad 
opgave 1
a.  Je wilt weten wat de serveerster en de kok samen verdienen. Maak de somformule.

b. Hoeveel verdienen ze samen na 6 uur?

c. Teken de somgrafiek.



timer
5:00

Slide 42 - Slide

Uitwerking opgave 1

a


b


c     Zie grafiek







Slide 43 - Slide

Maak op het werkblad 
opgave 2
a.  Je wilt weten wat het verschil in verdiensten is. Maak de verschilformule.

b. Teken de verschil grafiek.

c. Wie verdient er meer na twee uur werken, de kok of de serveerster?

d. Beschrijf wat er met het verschil in verdiensten gebeurt.








timer
5:00

Slide 44 - Slide

Uitwerking opgave 2

a



b      Zie grafiek.





c                              verdient meer.



-

Slide 45 - Slide

Maak op het werkblad 
opgave 3
a.  Teken op je werkblad de grafiek van de hoeveelheid water in de vijver (zonder bijvullen).

b De hoeveelheid water in de vijver kun je beschrijven met de somformule.
Schrijf de somformule voor de vijver op.

 c Teken de somgrafiek.

d Beschrijf wat er met de vijver gebeurt.








timer
5:00

Slide 46 - Slide

Uitwerking opgave 3

a    zie rode en groene grafieken.
 




c    zie blauwe grafiek.



d  




Slide 47 - Slide

Maak op het werkblad 
opgave 4
a. Vul de tabel in.





b. Teken de grafiek van echt alarm.

c. Heb je nu de somgrafiek of de
   verschilgrafiek getekend?



timer
5:00

Slide 48 - Slide

Uitwerking opgave 4

a





b       Zie blauwe grafiek.


c

Slide 49 - Slide

Maak op het werkblad 
opgave 5
timer
5:00

Slide 50 - Slide

Uitwerking opgave 3

a





b       Zie blauwe grafiek.


c

Slide 51 - Slide

REFLECTIE

Slide 52 - Slide

Begrijp je alle leerdoelen ?
wist dit al
ja
bijna
een beetje
nog niet

Slide 53 - Poll

Hoe was je inzet?
😒🙁😐🙂😃

Slide 54 - Poll

Vooruitblik
volgende les

VOLGENDE LES
par. 9.3
som- en verschilgrafiek

Slide 55 - Slide