De stam van een werkwoord vind je in bijna alle gevallen door van het hele werkwoord -en af te halen. Hier zijn enkele uitzonderingen op.
Soms moet je de stam nog aanpassen om de juiste stam te krijgen, bijvoorbeeld als de stam eindigt op een v of z.
Voorbeeld: verhuizen - de stam is verhuis / geloven - de stam is geloof