vrijdag 28 oktober

maandag 28 september
Lesson Up:
Tegenstellingen
Quizlet: tegenstellingen 
Lowanstart oefenen
7.3/7.4 Lowanstart 
werkbladen afmaken 
omgeving
Toetsen afmaken Lowan Start
Beter lezen

1 / 38
next
Slide 1: Slide
nt2BasisschoolGroep 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

maandag 28 september
Lesson Up:
Tegenstellingen
Quizlet: tegenstellingen 
Lowanstart oefenen
7.3/7.4 Lowanstart 
werkbladen afmaken 
omgeving
Toetsen afmaken Lowan Start
Beter lezen

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Wat is zijn naam?
Wat is zijn naam?
Dat weet ik niet meer!
Dat weet ik niet meer!
Waar woont hij?
Waar woont hij?
Dat weet ik niet meer!
Dat weet ik niet meer!


 
Uit welk land komt hij?
Uit welk land komt hij?
Ik ben het vergeten!
Ik ben het vergeten!
Waar werkt hij?
Waar werkt hij?
Ik ben het vergeten!
Ik ben het vergeten!

Slide 3 - Slide

veel    weinig
moeilijk          makkelijk

Slide 4 - Slide

recht 
krom

Slide 5 - Slide

vrolijk
verdrietig
bedroefd

Slide 6 - Slide

schuin      

rond            vierkant

Slide 7 - Slide

ijverig /lui
modern/ ouderwets

Slide 8 - Slide

handig=
makkelijk

Dat is handig

Slide 9 - Slide

ziek
gezond

Slide 10 - Slide

donker
licht

Slide 11 - Slide

licht en zwaar

los en vast

Slide 12 - Slide

bijzonder

normaal

Slide 13 - Slide

de regels
 hetzelfde
dezelfde

Slide 14 - Slide


A
anders
B
makkelijk
C
hetzelfde
D
moeilijk

Slide 15 - Quiz


A
de hegels
B
de regels
C
de ragels
D
de regles

Slide 16 - Quiz

boven
tussen
onder
achter

Slide 17 - Drag question


Slide 18 - Open question


Slide 19 - Open question


A
normaal
B
speciaal
C
bijzonder
D
makkelijk

Slide 20 - Quiz


A
allemeel
B
ellemaal
C
allemaal
D
allemool

Slide 21 - Quiz

niet recht maar ....
A
kort
B
lang
C
veel
D
krom

Slide 22 - Quiz


de toren is....
A
recht
B
klein
C
schaaf
D
scheef

Slide 23 - Quiz

Niet veel maar .......
A
minder
B
kort
C
weinig
D
krom

Slide 24 - Quiz

Veel kinderen hebben een hobby.
Een hobby doe je als je vrij bent.
Een hobby kan een sport zijn, bijvoorbeeld voetbal of dansen.



Ze staan bij elkaar en praten lekker.
Of ze kijken gewoon een beetje.
Muziek spelen, koken en lezen zijn ook belangrijke hobby’s.
Of op je computer spelen.


sommige kinderen zijn altijd
op straat.
Maar is dat ook een hobby?

Slide 25 - Slide

de bonen
de brie

Slide 26 - Slide

Wanneer voelt de man zich goed? 

  1. Als hij eet.. 
  2. Als Marie danst en draait.. 
  3. Als Marie kookt.. 
  4. Als Marie hem even weg is, want dan is het lekker rustig in huis.
liedje

Slide 27 - Slide

Zet de woorden op de goede plaats.

Als ...............een pot met bonen staat,
en ...............................een pot met brie,
....................... laat ik brie en bonen staan
en ik........................ mijn Marie.
 haal  -hier -dan -daar   
liedje

Slide 28 - Slide

0

Slide 29 - Video

maak 10 zinnen bij deze plaat

Slide 30 - Slide

poster maken
Ik ben …
                                                   Ik vind .................lekker
Ik ben …  jaar
Ik kom uit …
   
Ik woon in …
    
Mijn hobby’s zijn …...................
ik houd van ..............
ik vind ........................niet leuk

Slide 31 - Slide

Dit is Lars

Slide 32 - Slide

Dit is Lars
Dit is een jongen.
Hij speelt voetbal.
Hij heet Lars.
Hij komt uit Nederland.
Hij woont in Dokkum.
Dokkum ligt in Friesland.
Hij spreekt Nederlands en Duits.
Lars is vijftien jaar.
Hij is minderjarig.
Hij gaat naar school.

Slide 33 - Slide

Dit is Lars
in Dokkum.
heet Lars.
gaat naar school.
in Friesland.
een jongen.
15 jaar.
voetbal.
uit Nederland.
Dit is 
 Hij 
 Hij speelt 
 Hij komt 
 Hij woont 
 Dokkum ligt 
 Lars is 
 Hij 

Slide 34 - Slide


Heb je zussen?  
hoe heet je?
Hoe laat sta je op?
Hoe oud ben je?
Waar is de gang?
Waar kom je vandaan?
Waar woon je?

Wat doe je in het weekend?
Wat is je geboortedatum?
Wat is je hobby?
Wat moet jij in huis doen?
Wat vind je lekker?
Wat vind je niet lekker?
Wat voor weer is het vandaag?
Welke kleur heeft je haar?

Slide 35 - Slide

0

Slide 36 - Video

Abdul praat met zijn buurman
Dag meneer, ik ben Abdul.
Ik kom uit Syrië.
Ik zit al twee maanden op school.
Ik ga met de bus naar school.
Ik wil liever met de fiets.
Mijn vrienden komen ook op de fiets.
Mijn vader zegt: "Je moet wachten.
Het is nu erg koud.
Je mag later op de fiets.                        Als het lente is.
Als het lente is."

Slide 37 - Slide

maak de zinnen af
  1. Abdul praat met ...                                         
  2. Hij komt ......
  3. Hij woont...  
  4. Abdul gaat naar school... 
  5. Zijn vrienden komen ...
  6. Abdul mag.. 
  7. Het is.... 
 zijn buurman
uit Syrië
op de fiets
niet op de fiets
nu erg koud
in  Nederland
met de bus

Slide 38 - Slide