tijd

  1. schrijfboekje
  2. klok
  3. leestekst diglin.eu
  4. ww thema het weer
  5. vragen via lessonup
  6. veilig leren lezen werkboekje 4
  7. letters schrijven
  8. quizlet woorden oefenen: boek 1 en 2 voor dictee
  1.  schrijfboekje
  2. klok 
  3. leestekst diglin.eu 
  4. ww thema het weer 
  5. vragen via lessonup
  6. lezen in groepen
  7. leesteksten 1A met vragen
  8. quizlet oefenen 8.1 en 8.2 voor dictee

1 / 41
next
Slide 1: Slide
nt2BasisschoolGroep 1,2

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

  1. schrijfboekje
  2. klok
  3. leestekst diglin.eu
  4. ww thema het weer
  5. vragen via lessonup
  6. veilig leren lezen werkboekje 4
  7. letters schrijven
  8. quizlet woorden oefenen: boek 1 en 2 voor dictee
  1.  schrijfboekje
  2. klok 
  3. leestekst diglin.eu 
  4. ww thema het weer 
  5. vragen via lessonup
  6. lezen in groepen
  7. leesteksten 1A met vragen
  8. quizlet oefenen 8.1 en 8.2 voor dictee

Slide 1 - Slide

donker
Het is donker
licht
de zon geeft licht

Slide 2 - Slide

de hagel
de ijzel

Slide 3 - Slide

de koe
het paard

Slide 4 - Slide

de kat
de hond

Slide 5 - Slide

de muis
het schaap

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

leestekst

Sonja is de moeder van een jongen. 
De jongen heet Sander.
Hij is zes jaar.
Zijn zusje heet Zara.
Sonja gaat vandaag naar de stad.
Zij koopt een broek en een riem voor Sander.
Ze koopt ook een jurk voor haar dochter.

Slide 10 - Slide

zus-van -heet-  dochter- ze-hij -vandaag-moeder
  1. Sonja is de ....................van een jongen. 
  2. De jongen...................Sander. 
  3.  ........................... is zes jaar. 
  4. Zijn...................... heet Zara. 
  5. Sonja gaat .........................naar de stad. 
  6.  ............. koopt een broek en een riem voor Sander. 
  7. Sonja koopt ook een jurk voor haar ..................... 
.

Slide 11 - Slide

Abdul praat met zijn buurman
Dag meneer, ik ben Abdul.
Ik kom uit Syrië.
Ik zit al twee maanden op school.
Ik ga met de bus naar school.
Ik wil liever met de fiets.
Mijn vrienden komen ook op de fiets.
Mijn vader zegt: "Je moet wachten.
Het is nu erg koud.
Je mag later op de fiets.                        Als het lente is.
Als het lente is."

Slide 12 - Slide

maak de zinnen af
  1. Abdul praat met ...                                         
  2. Hij komt ......
  3. Hij woont...  
  4. Abdul gaat naar school... 
  5. Zijn vrienden komen ...
  6. Abdul mag.. 
  7. Het is.... 
 zijn buurman
uit Syrië
op de fiets
niet op de fiets
nu erg koud
in  Nederland
met de bus

Slide 13 - Slide

schijnen 
de zon schijnt
regenen
het regent

Slide 14 - Slide

stormen
Morgen gaat het stormen.
sneeuwen
Het sneeuwt de hele dag.

Slide 15 - Slide

waaien
Het waait heel hard

glijden
De jongen glijdt van de glijbaan

Slide 16 - Slide

vriezen 
Het vriest vandaag.
dooien
Het dooit, de sneeuw smelt

Slide 17 - Slide

dalen
de temperatuur daalt
stijgen 
de temperatuur stijgt

Slide 18 - Slide

de temperatuur
de thermometer

Slide 19 - Slide

de mist
de paraplu

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video


A
de sneeuw
B
de regen
C
de hagel
D
de ijzel

Slide 22 - Quiz


A
de sneeuw
B
de regen
C
de hagel
D
de ijzel

Slide 23 - Quiz


A
het paard
B
de koe
C
het schaap
D
het scheep

Slide 24 - Quiz


A
het donker
B
de dag
C
de middag
D
het licht

Slide 25 - Quiz


Slide 26 - Open question


Slide 27 - Open question

dieren

Slide 28 - Mind map



A
dooien
B
regenen
C
stormen
D
vriezen

Slide 29 - Quiz


A
stijgen
B
klimmen
C
schaatsen
D
glijden

Slide 30 - Quiz


Slide 31 - Open question


A
stijgen
B
dalen
C
meten
D
weten

Slide 32 - Quiz


A
het regent
B
het wind
C
het waait
D
het mist

Slide 33 - Quiz

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide