Poëzie

1 / 11
next
Slide 1: Slide
nedMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Mijn nieuwe school

1829 leerlingen

114 leraren

84 lokalen

en ik



                                                                                                      Ans Boenders


Slide 2 - Slide

De laatste brief


De wereld scheen vol lichtere geluiden
en een soldaat sliep op zijn overjas.
Hij droomde lachend dat het vrede was
omdat er in zijn droom een klok ging luiden.

Er viel een vogel die geen vogel was
niet ver van hem tussen de warme kruiden.
En hij werd niet meer wakker want het gras
werd rood, een ieder weet wat dat beduidde.


Het regende en woei. Toen herbegon
achter de grijze lijn der horizon
het bulderen – goedmoedig- der kanonnen.

Maar uit zijn jas, terwijl hij liggen bleef,
bevrijdde zich het laatste wat hij schreef:
liefste de oorlog is nog niet begonnen.


                                                                                             Bertus Aafjes

Slide 3 - Slide

Ik zit wel eens te staren

en dan zegt moeder:

Hela, rare!


Maar staren moet je weten

is in je ogen wel een fijn gevoel.

Je kunt het niet willen,

want als je het doet weet

je zelf niet hoe het moet.


Je zit te kijken

en ziet niks.

Niks is leuk en niks

is lief, niks is grappig.


Niks zit op de voortste rij,

als hij omkijkt

ziet hij mij.

 .

Slide 4 - Slide

 Oranjeachtig rozerood

De zon zakt
en de dagelijkse kleuren
vloeien samen
alsof een schilder
zijn kwast schoonspoelt
in een glazen pot.
De tinten van het doek
waaieren door het water.
Twintig, dertig tellen later
mengen ze tot donker
en zakken naar de bodem.
Kijk!
Zo valt de nacht.




                                                                                 Linda Vogelesang

Slide 5 - Slide

Zelf een gedicht maken

Je kiest een van de volgende onderwerpen:

- vluchten

- verlangen


Bedenk wat voor gevoel je met je gedicht wilt overbrengen.  Het helpt soms om daarbij aan beelden of kleuren te denken.


Je schrijf een gedicht van minimaal 9 en maximaal 14 regels.


Denk aan de tips  op de volgende slide!

Slide 6 - Slide

Tips:

 Een gedicht mag een beetje mysterieus zijn.

Dichters zeggen dingen vaak net een beetje anders.

Woorden hebben ruimte nodig! (korte zinnen en witregels)

Af en toe rijmen mag, maar hoeft niet! 

Speel eens met de klank van woorden en het ritme.

Gebruik woorden die je ziet! (niet "dier" maar "paard")

herschrijf, herschrijf en herschrijf........

Slide 7 - Slide

Ik heb mijn gedicht klaar....
Als je je gedicht hebt herlezen en herschreven en herschreven en er echt niets meer aan kunt verbeteren....
dan maak je er een beeld bij: je maakt een tekening of een mooie collage van kleuren

Slide 8 - Slide

Je hoeft niets te zeggen

Je hoeft niet
in woorden
te praten
met mij
je hoeft niets 
in woorden
te zeggen
je hoeft alleen maar
en dat is genoeg
je arm om mijn schouders
te leggen




                                                                                                     Ida Vos

Slide 9 - Slide

Gedichten inspireren..... dus:
Het gedicht gaan we gebruiken om zelf iets te maken.
Geen gedicht, maar....
of een toneelstukje
of een lied
of een sprookje

Je hebt dus de keuze!   Maar hoe gaan we dat doen?

Slide 10 - Slide

Hoe?
* Je werkt in een groepje (die worden aangewezen!)
* Je krijgt met je groepje een vaste tijd (zie bord) om je toneelstukje/lied/verhaal te bedenken en te oefenen.
* Elk groepje heeft iemand die als "tijdmeester" zorgt dat jullie op tijd klaar en weer in het lokaal zijn
* Daarna gaan we een aantal groepjes de kans geven om hun werk te laten zien.

Slide 11 - Slide