What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Kapitel 2 week 40 V3
♥lich
Will
ko
m
men!
1 / 15
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
15 slides
, with
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
♥lich
Will
ko
m
men!
Slide 1 - Slide
Erste Stunde, Woche 40
0. Alle da? (absenties)
1. Rückblick auf letzte Woche
2. Lernziele dieser Woche + planner
3. Leesopdracht bespreken
4. E Grammatik (A): 18 t/m 22
5. Abschluss der Stunde
Slide 2 - Slide
Leerdoelen week 40
Leerdoelen:
Ik kan populair wetenschappelijke artikelen begrijpen.
Ik kan een gesprek begrijpen over een populairwetenschappelijk onderwerp.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Zweite Stunde, Woche 39
0. Alle da? (absenties)
1. Rückblick auf letzte Stunde
2. Grammaatik A nakijken/afmaken
3. Grammatik (B): 23 t/m 28
4. Sprechen: 30 t/m 36
5. Abschluss der Stunde
Slide 5 - Slide
Leerdoelen week 39
Leerdoelen:
Ik kan een reportage over lichaamsbeheersing begrijpen.
Ik kan woorden over de lichaam en gezondheid gebruiken.
Ik kan het persoonlijk voornaamwoord als onderwerp en lijdend voorwerp gebruiken.
Slide 6 - Slide
Grammatik A
Ontleden:
het persoonlijk voornaamwoord als
onderwerp
en
lijdend voorwerp
Slide 7 - Slide
Naamvallen
De vorm van het persoonlijk voornaamwoord is afhankelijk van:
1.
de
functie in de zin
(onderwerp/meewerkend voorwerp/lijdend voorwerp) en
2.
het gebruik van voorzetsels
(durch, für, gegen, ohne, um).
Het Nederlands kent 2 vormen (bv. ik-mij of hij/hem) bij de persoonlijk voornaamwoorden, het Duits kent er 3.
Blz. 152/154
Mache Aufgabe 18, Seite 66
Slide 8 - Slide
Er zijn
vier
naamvallen:
1e naamval
is het
onderwerp
van de zin.
3e naamval is het
meewerkend voorwerp
(aan wie)
4e naamval
is het
lijdend voorwerp
van de zin.
(2e naamval geeft bezit aan. Dit leer je nu nog niet)
Hoe vind je het onderwerp?
Voorbeeldzin met persoonlijk voornaamwoord
Hoe vind je het lijdend voorwerp?
Voorbeeldzin met persoonlijk voornaamwoord
Slide 9 - Slide
De 4e naamval of Akkusativ gebruik je als het persoonlijk voornaamwoord het
lijdend voorwerp
in de zin is.
De dokter opereert
mij
.
Der Arzt operiert
mich
.
mij
is het
lijdend voorwerp
in de zin.
Het lijdend voorwerp vind je door de vraag te stellen:
wie/wat+gezegde+onderwerp?
Wie opereert de dokter? = mij = mich
Mache jezt Aufgabe 20, 21 und 22
Slide 10 - Slide
Persoonlijk voornaamwoord (onderwerp: 1e naamval)
ich
du
er
sie
es
wir
ihr
sie
Sie
Persoonlijk voornaamwoord
(lijdend voorwerp: 4e naamval)
mich
dich
ihn
sie
es
uns
euch
sie
Sie
Slide 11 - Slide
kinder.wdr.de
Slide 12 - Link
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
More lessons like this
Kapitel 2 week 39 havo 3
September 2024
- Lesson with
15 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Kapitel 2 week 39 V3
September 2024
- Lesson with
15 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
3 h Gesundheit DU3 L1
October 2024
- Lesson with
26 slides
Duits
Secondary Education
3 h Gesundheit DU4 L2 Grammatik
October 2024
- Lesson with
16 slides
Duits
Secondary Education
H3 NK Kapitel 2 E (A)
November 2022
- Lesson with
22 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H3 NK Kapitel 2 E (A)
November 2023
- Lesson with
18 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
K2 les 2 grammatik + lezen
October 2024
- Lesson with
18 slides
Duits
Secondary Education
3 havo Kapitel 2 5 les DU 4
October 2024
- Lesson with
26 slides
Duits
Secondary Education