Cijferen - eraf t/m 100 over het tiental - les 6.1

Rekenen 
Cijferen les 6.1

Lesdoel:
Ik kan sommen t/m 100 aftrekken met tientaloverschrijding. 

1 / 15
next
Slide 1: Slide
Voortgezet speciaal onderwijs

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

Rekenen 
Cijferen les 6.1

Lesdoel:
Ik kan sommen t/m 100 aftrekken met tientaloverschrijding. 

Slide 1 - Slide

Voorkennis
Speel het spel Gok een hok

Slide 2 - Slide

Praktijk
Wanneer gebruik je eraf sommen t/m 100 in de praktijk?

Slide 3 - Slide

Instructie
Het stappenplan

1. Kijk naar het eerste getal. 
Dat is het startgetal.
2. Kijk naar het tweede getal. 
Haal dit getal eraf.
3. Bij welk getal kom je uit? Dat is de uitkomst.

Hoe reken jij?


Slide 4 - Slide

Instructie
Het stappenplan

1. Kijk naar het eerste getal.
2. Kijk naar het tweede getal.
3. Zo kom je bij de uitkomst.

Slide 5 - Slide

Instructie

Trek eerst de tientallen eraf en dan de lossen eraf.
44 - 18 =

44 - 10 =
34 - 8 =  



Aftrekken door eerst naar het tiental te gaan.
44 - 18 =

44 - 4 =
40 - 4 =
36 - 10=

Slide 6 - Slide

Instructie
Hoe reken jij?

43 - 28 =
73 - 16 =
55 + 26=

Slide 7 - Slide

Inoefenen


Welke som hoort erbij?


-

Slide 8 - Slide

Inoefenen
Welke erafsommen kun je hier van maken?




Slide 9 - Slide

Inoefenen
Welke som hoort erbij?



Slide 10 - Slide

Inoefenen
Welke som hoort erbij?


+

Slide 11 - Slide

Inoefenen
Welke som hoort erbij?


-

Slide 12 - Slide

Inoefenen


54 - 17 =
63 - 27 =
46 - 48 =
28 - 39 =
72 - 15 =
44 - 37 = 
55 - 46 =

Slide 13 - Slide

Evaluatie
Wat heb ik geleerd?
Ik kan sommen t/m 100 aftrekken met tientaloverschrijding. 


Bedenk nu zelf een verhaal bij een erafsom over het tiental.

Slide 14 - Slide

Zelfstandig werken
Werkboek blz.  26 en 27

Slide 15 - Slide