This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Thema 3 genetica
BS 5: Dihybride kruisingen
Slide 1 - Slide
Planning en Leerdoelen
Terugblik BS 3.4 - Huiswerk nakijken
Uitleg 3.5
Je kunt van een dihybride kruising een kruisingsschema opstellen.
Je kunt de frequentie van genotypen en fenotypen van nakomelingen bij een dihybride kruising afleiden uit een kruisingsschema of stamboom.
Opdrachten maken
Slide 2 - Slide
3.4 Meiose
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Huiswerk BS 4
Opdracht 39 - 40
Slide 5 - Slide
BS 3.5 Dihybride kruisingen
Een kruising met twee genen.
Onafhankelijke overerving: Wanneer genen op twee verschillende chromosomen liggen
Afhankelijke overerving: Wanneer genen op hetzelfde chromosoom liggen.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Onafhankelijke overeving
- Kijken naar twee genen voor
verschillende eigenschappen die overerven.
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Peulen
We kruisen twee heterozygote peulen voor beiden eigenschappen.
Werk onderstaand kruisingsschema uit!
P GgYy x GgYy
F1:
G=groene schil
g = gele schil
Y = gele zaden
y = groene zaden
Slide 11 - Slide
Dihybride kruising
G=groene schil g=gele schil
Y=gele zaden y=groene zaden
Slide 12 - Slide
Hoeveel % heeft groene zaden?
A
12,5%
B
25%
C
33,3%
D
50%
Slide 13 - Quiz
Van een dihybride kruising met 2 cavia's: AABB x aabb (A = zwart, a = wit, B = ruw, b = glad) worden de F1-dieren onderling gekruist. In de F2-generatie is het gedeelte dat zwart en ruwharig is: