Ijsjes proeven en beschrijven

Ijsjes proeven en beschrijven
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Ijsjes proeven en beschrijven

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je een ijsje beschrijven en vertellen waarom je het lekker vindt.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over ijsjes?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is je favoriete ijsje?
Denk na over je favoriete ijsje en waarom je het lekker vindt.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Soorten ijsjes
Er zijn veel verschillende soorten ijsjes, zoals softijs, waterijs, sorbet en roomijs.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Beschrijf je ijsje
Beschrijf je favoriete ijsje aan de hand van de smaak, textuur en eventuele toppings.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Proef ijsjes
Laat de leerlingen verschillende ijsjes proeven en laat ze hun ervaringen delen.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Waarom vind je het lekker?
Denk na over waarom je je favoriete ijsje lekker vindt. Is het vanwege de smaak, het gevoel of iets anders?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Ijsjes in andere culturen
Ontdek ijsjes uit andere culturen en bespreek de verschillen met Nederlandse ijsjes.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Schrijf een ijsjesrecensie
Schrijf een recensie over je favoriete ijsje en deel deze met de klas.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.