This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Donderdag 2 april
Deze les gaat over werkwoordspelling, er staan een aantal oefeningen hier in LessonUp en de verwerking maak je op Snappet.
Zorg ervoor dat je heel deze LessonUp door werkt!
Succes en veel plezier
Slide 2 - Slide
Werkwoordspelling
Je leert hoe je zelfde-klankwerkwoorden met een voorvoegsel en stam op -d of-t schrijft.
Zelfde-klankwerkwoorden
noem je ook wel "zwakke werkwoorden
Slide 3 - Slide
Wat heb je nodig?
De volgende dia's en maak de opdrachten.
Lees goed en typ netjes!
Slide 4 - Slide
Vul de goede vorm van het werkwoord in. kies uit; verleden tijd of bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord. (belanden)Een zwerm sprinkhanen ................. in onze achtertuin
Slide 5 - Open question
Vul de goede vorm van het werkwoord in. kies uit; verleden tijd of bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord. (verspreiden) De zwerm ......... zich snel.
Slide 6 - Open question
Vul de goede vorm van het werkwoord in. kies uit; verleden tijd of bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord. (ontvluchten) Andere insecten ...........de tuin
Slide 7 - Open question
Vul de goede vorm van het werkwoord in. kies uit; verleden tijd of bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord. (verontrusten) Een groep .........lieveheersbeestjes eiste dat ze weg moesten.
Slide 8 - Open question
Vul de goede vorm van het werkwoord in. kies uit; verleden tijd of bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord. (bepleiten) Hun woordvoerder ......het plaatsen van vangnetten.
Slide 9 - Open question
Vul de goede vorm van het werkwoord in. kies uit; verleden tijd of bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord. (verwoorden) Hij ........het zo; "Sprinkhanen horen hier niet!"
Slide 10 - Open question
Vul de goede vorm van het werkwoord in. kies uit; verleden tijd of bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord. (belanden) Deze in onze tuin ....... insecten moeten weg!
Slide 11 - Open question
Vul de goede vorm van het werkwoord in. kies uit; verleden tijd of bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord. (bepleiten) Hij .......ook maatregelen zoals het strooien van gif.
Slide 12 - Open question
Vul de goede vorm van het werkwoord in. kies uit; verleden tijd of bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord. (verzetten) Tot zijn frustratie .......... ik mij hiertegen.
Slide 13 - Open question
Vul de goede vorm van het werkwoord in. kies uit; verleden tijd of bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord. (vermoeden) Hij ........... niet dat ik sprinkhanen leuker vind dan lieveheersbeestjes. :-)