Het maken van een stelling:
1. Een stelling bestaat uit één zin en is kort en krachtig.
2. Een stelling is nooit een vraag.
3. Een stelling bevat geen argumenten.
4. De stelling moet gaan over iets waar mensen het mee eens of oneens kunnen zijn (Er zit zuurstof in de lucht voldoet, maar is niet bruikbaar)
5. Een stelling bevat geen ontkenningen.