Starten met Scrum

• ICT
• MBO
• Studiejaar 3

Starten met Scrum

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je de Scrum methode uitleggen en de verschillende rollen benoemen.

De leerdoelen worden aan het begin van de les gedeeld met de leerlingen. Zo weten ze wat ze aan het einde van de les moeten weten of kunnen.

Wat weet je al over de Scrum methode?

Scrum uitleg

Scrum is een projectmanagementmethode om op een flexibele manier software te ontwikkelen. Het is een iteratieve en incrementele methode waarbij in kleine stappen wordt gewerkt.

Leg kort en bondig uit wat Scrum is. Maak gebruik van visualisaties om het begrip te vergroten.

Rollen binnen Scrum

Er zijn drie rollen binnen Scrum: de Product Owner, de Scrum Master en het Development Team.

Maak duidelijk wat de verschillende rollen binnen Scrum zijn en wat hun verantwoordelijkheden zijn.

Product Owner

De Product Owner is verantwoordelijk voor het maximaliseren van de waarde van het product en het bijhouden van de Product Backlog.

Geef voorbeelden van taken die de Product Owner heeft en wat hij/zij moet doen om het project tot een succes te maken.

Scrum Master

De Scrum Master is verantwoordelijk voor het ondersteunen van het Scrum proces en het oplossen van obstakels die het team belemmeren.

Maak duidelijk wat de verantwoordelijkheden van de Scrum Master zijn en wat hij/zij doet om het team te helpen.

Ontwikkel Team

Het OntwikkelTeam is verantwoordelijk voor het opleveren van een werkend product aan het einde van elke Sprint.

Laat zien wat het Development Team doet en welke vaardigheden nodig zijn om deel uit te maken van het team.

Groepen vormen

De leerlingen vormen een groep van vier personen om samen een project te starten met de Scrum methode.

Geef duidelijke instructies aan de leerlingen over hoe ze de groepen moeten vormen en wat er van hen wordt verwacht.

Afsluiting

Je weet nu wat Scrum is en wat de verschillende rollen zijn. Je bent klaar om samen met je groep te starten met het project.

Vat de belangrijkste punten van de les samen en geef de leerlingen de opdracht om te starten met hun project.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.