Herhalingsweek les 2

Welkom H4
Leg je pen, papier, theorieboek en oefenboek op tafel. 

Ga in STILTE lezen

1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom H4
Leg je pen, papier, theorieboek en oefenboek op tafel. 

Ga in STILTE lezen

Slide 1 - Slide

Vandaag:

- Herhalen bronnenonderzoek en stijlfiguren
- Oefeningen leesvaardigheid
- Zelfstudie
- Lezen (al gedaan)

Slide 2 - Slide

Planning periode 1:
Communicatie
2 Onderwerp en hoofdgedachte
3 Tekstsoorten
4 Inleiding, kern en slot
6 Alinea's en verbanden
8 Bronnenonderzoek

Taal
9 Framing

Literatuur
Gedicht en een boek
Stijlfiguren blz. 158-159

Slide 3 - Slide

Vandaag:
- H. 8 Bronnenonderzoek
Je leert hoe je relevante bronnen zoekt en hoe je de betrouwbaarheid van bronnen vaststelt. 
Wat is een bron?

Wanneer doe je bronnenonderzoek?
timer
1:00

Slide 4 - Slide

Zoeken naar relevante bronnen:

1. Stel jezelf vragen over je onderwerp: Wat is het? Wanneer ontstond het? Waarom is het belangrijk? Welke argumenten zijn er voor en tegen? 
2. Bedenk wat voor informatie je zoekt: feiten, meningen, statistieken, enz. 
3. Formuleer een zoekterm. Gebruik eventueel synoniemen. 
4. Controleer of de bron betrouwbaar is. 

Slide 5 - Slide

Betrouwbare bron:

geloofwaardig
- gezaghebbende organisatie en deskundige auteur
nauwkeurig
- actueel en volledig
neutraal
redelijk
- genuanceerd beeld
onderbouwd
- bibliografie

Slide 6 - Slide

(anti)climax
slenteren, lopen, rennen, racen

slenteren, lopen, rennen, stilstaan (anti)

Slide 7 - Slide

Eufemisme
om een moeilijk onderwerp te vermijden:
'de neus poederen' (wc-bezoek dames)
'het tijdelijke voor het eeuwige verwisselen' (overlijden)

maar ook:
financiële ombuigingen - bezuinigen



Slide 8 - Slide

Understatement
Na een grove belediging: 'dat kan ook wel wat aardiger'

Slide 9 - Slide

Hyperbool
'iedereen rijdt door rood licht.'
'de hele wereld is tegen me'
'ik sta hier al dagenlang op je te wachten'

Slide 10 - Slide

Spot
ironie is licht: 'sorry dat ik altijd zo vroeg begin' (docent tegen laatkomende leerling)
sarcasme is harder: 'ga de eendjes voeren of zo' (tegen een straatverkoper die blijft aandringen)
cynisme is heel erg hard: 'heb je dat allemaal op de huishoudschool geleerd of was je altijd al zo dom?'
*disclaimer: dit zijn verzonnen voorbeelden, alleen voor uitleg!*

Slide 11 - Slide

Paradox
schijnbare tegenstelling:
Het geluid van de stilte
Nu is het verleden van de toekomst

Slide 12 - Slide

Repetitio
herhaling:
Nooit, nooit, nooit neem ik een hond;
Nooit, nooit, nooit neem ik een hond!
Ik neem geen Duitse herder, geen boxer en geen kees
Geen poedel en geen teckel en ook geen pekinees.
(Hans Dorresteijn)

Slide 13 - Slide

Retorische vraag
Denk je dat ik gek ben of zo? Dat zeg je toch niet?

(sturend naar het antwoord)

Slide 14 - Slide

schijnbare tegenstelling
ontkennen van het tegenovergestelde
samenvoegen van tegengestelde woorden
kruisstelling (ABBA)
paradox
litotes
antithese
chiasme

Slide 15 - Drag question

opbouw in drieën
in een reeks is de laatste stap een tegenvaller
sterke overdrijving
afgezwakte uitdrukking
verzachtende uitdrukking
tricolon
anticlimax
hyperbool
understatement
eufemisme

Slide 16 - Drag question

Leesvaardigheid oefenen
- Sla je oefenboek open op p. 48-49
- Hoe pak je een tekst zoals op p. 48 aan?
- Maak opdr. 9 - 11 en 13-14 in 15 min
- We kijken het samen na
- Hoe ging het?

Slide 17 - Slide