H1.1 t/m 1.6 Nask jaar 1

SO H1.1, 1.2, 1.5 en 1.6 Nask jaar 1 
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

SO H1.1, 1.2, 1.5 en 1.6 Nask jaar 1 

Slide 1 - Slide

Het vak NaSk staat eigenlijk voor twee vakken. Wat betekent NaSK eigenlijk?

Slide 2 - Open question

Biologie of (Mens en Gezondheid) gaat over de ......
A
levende natuur
B
niet levende natuur

Slide 3 - Quiz

Waar hoort deze foto bij?
A
Natuurkunde
B
Scheikunde

Slide 4 - Quiz

Waar hoort deze foto bij?
A
Natuurkunde
B
Scheikunde

Slide 5 - Quiz

Bij natuurkunde en scheikunde doe je soms onderzoek.
Waarom doe je onderzoek?
A
om iets te maken
B
om iets te ontdekken
C
om iets terug te vinden
D
om iets van buiten te leren

Slide 6 - Quiz

Welke waarneming hoort bij welk zintuig?  Sleep naar de juiste plek.
horen
proeven
ruiken
voelen
zien
tong
ogen
neus
oren
huid

Slide 7 - Drag question

Waarom mag je nooit proeven aan een stof?

Slide 8 - Open question

Voor het ruiken aan stoffen gelden ook speciale regels. Wat kun je het beste doen om aan een stof te ruiken?
A
met je neus direct boven de fles
B
eerst stof uitschenken en dan ruiken
C
met je hand wuiven boven de fles
D
een beetje stof op je hand doen

Slide 9 - Quiz

Wat is een conclusie?
A
je onderzoeksvraag
B
het antwoord op je onderzoeksvraag
C
een titel
D
een regel

Slide 10 - Quiz

Deze afbeelding hoort bij het veranderen van de
........
A
stof
B
toestand
C
kleur
D
eigenschap

Slide 11 - Quiz

millimeter en centimeter zijn voorbeelden van:
A
lengte
B
kleur
C
temperatuur
D
gewicht

Slide 12 - Quiz

Welke eenheden horen bij welke grootheden? sleep ze naar de juiste combinaties
cm
kg
C*
uur
tijd
gewicht
lengte
temperatuur

Slide 13 - Drag question

0,5 kg = .........g
A
500 gram
B
50 gram
C
5 gram
D
5000 gram

Slide 14 - Quiz

1cm =
A
100mm
B
1000mm
C
10 mm
D
1mm

Slide 15 - Quiz

400 ml = .........l
A
4 liter
B
40 liter
C
0,4 liter
D
0,04 liter

Slide 16 - Quiz

1 kg =
A
100 gram
B
1000 gram
C
10 gram

Slide 17 - Quiz

de grootheid van hoeveelheid stof en het gewicht hoort bij:
A
volume
B
maatcilinder
C
centimeter
D
massa

Slide 18 - Quiz

Hoeveel is het volume van deze vloeistof? Let op: schrijf ook de eenheid erachter.

Slide 19 - Open question

sleep de afbeeldingen naar het juiste vak
analoog
digitaal

Slide 20 - Drag question

Hoeveel graden is het hier? (Je mag er 1 graad naast zitten)

Slide 21 - Open question

Hoofdstuk 1.6
-Maak alle opdrachten af. 
1.1 t/m afsluiting. 
-Leer de samenvatting die je vandaag krijgt.
-Leer de begrippen, gebruik de flitskaarten.
hier krijg je 30 minuten de tijd voor.
KLaar? vraag je juf wat je kan doen. 

Slide 22 - Slide