H.5: VD en OD als BN

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Hoofdstuk 5

Het fietsende stelletje kijkt elkaar aan.

Wat voor vorm is 'afgebrand' in de volgende zin?

De loods is helemaal afgebrand.

1. PV-tt
2. PV-vt
3. OD
4. VD

Welke vorm is 'goede' in de volgende zin?

De docent gaf een goede uitleg over de werkwoordspelling.

1. PV-tt
2. PV-vt
3. BN
4. INF

Welke vorm is 'afgebrande' in de volgende zin?

Van de afgebrande loods is niet veel meer over.

1. PV-tt
2. PV-vt
3. VD
4. BN

Wat voor vorm is 'fluitend' in de volgende zin?

De jongen liep fluitend naar de bushalte.

1. PV-tt
2. PV-vt
3. OD
4. VD

Wat voor vorm is 'fluitende' in de volgende zin?

De fluitende jongen kwam net op tijd bij de bushalte aan.

1. PV-tt
2. BN
3. OD
4. VD

Lesdoel

• Je weet dat voltooid en onvoltooid deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord gebruikt kunnen worden.
  
  
• Je weet dat een VD of OD gebruikt als BN zo kort en eenvoudig mogelijk geschreven wordt.

Bijvoeglijk naamwoord (BN)

• Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord
• De        ...       loods                    (mooi)
    lw                     zn
  
• De   mooie  loods   
• Dus achter mooi  komt alleen een e

OD als BN

• De jongen liep fluitend naar de bushalte.
                                        OD
• De         ...         jongen                  (fluitend)
• De fluitende jongen
• Dus achter fluitend komt alleen een e

VD als BN

• De loods is afgebrand.
  
•                                VD
  
  
• De             ...            loods          (afgebrand)
• De  afgebrande  loods
• Dus achter afgebrand komt alleen een e

VD en OD als BN

• Als een VD of OD als BN gebruikt wordt is het geen werkwoord meer!
• De regels van de PV-vt (-dde of -tte) gelden dan niet meer!
• Dus daarom nooit dubbel -dd of -tt in een VD gebruikt als BN
   (behalve als het voor de uitspraak nodig is)
• Fout  =   De beantwoordde vraag is juist.
  
• Goed =  De beantwoorde vraag is juist.

VD en OD als BN

• Onthoud: als er achter een werkwoord een ZN staat dat erbij hoort ...
• Dan is het een BN! 

Even oefenen!

De douane haalde de mensen met de (vervalsen) paspoorten er meteen uit.

1. vervalsde
2. vervalsdde
3. vervalste
4. vervalstte

Het (verlaten) gebouw werd door krakers bezet.

1. verlate
2. verlaten
3. verlaatte
4. verlaatten

De (kraken) tafel geeft
een vervelend geluid.

Epilepsie wordt ook wel de
(vallen) ziekte genoemd.

Het (pesten) slachtoffer heeft een (wandelen) tak als huisdier.

1. VD als BN + OD als BN
2. OD als BN + VD als BN
3. VD als BN + VD als BN
4. OD als BN + OD als BN

Evaluatie

Ken je het verschil tussen een VD gebruikt als BN en een OD gebruikt als BN?

1. Ja
2. Nee
3. Een beetje

Hoeveel hulp heb je nog nodig, denk je?

1. Geen hulp meer, ik snap het helemaal
2. Een beetje hulp, want soms twijfel ik nog
3. Veel hulp, want ik snap het vaker niet dan wel
4. Veel hulp, want ik snap er helemaal niets van!